3.2.06

Piet en Riet (8)

Riet doet raar. Piet doet vreemd
Wat doen zij toch raar en vreemd!

Waarom doen Piet en Riet raar en vreemd?

Zijn zij ziek?
Is Piet ziek? Is Riet ziek?
Neen hoor, Piet en Riet zijn niet ziek.

Bovendien is Riet op Rien en Piet op Mien!
Dat mag iedereen zien!
Warempel ja!
Ja warempel!

Waarom doen Piet en Riet dan raar en vreemd?

Nou…

PIET HEEFT RIET GEKUST!
PARDOES, PLOTS,
ZOMAAR, INEENS!
















EN RIET HEEFT PIET OMHELSD,
INEENS, PLOTS, PARDOES!!!

Wat is dat schrikken zeg!
Eén zoen en één omhelzing!

Is dat niet raar? Ja, dat is raar!
Is dat niet vreemd! Ja dat is vreemd. Héél vreemd!

Maar Piet en Riet zijn goede vrienden!

Riet en Mien zijn ook goede vrienden
Goede vrienden, dat zijn Mien en Riet.

Riet komt vaak op bezoek.
Riet komt op visite.
Riet komt op visite bij Mien en Piet!
Neen hoor, dat stoort Mien niet.
Het bezoek van Riet stoort Mien niet.
Het is geen bezoeking!












“Bezoek van Riet?” zegt Piet,
“Neen, dat stoort mij niet!”
Dan geeft hij Riet een zoen!
Dat ziet Mien.



En Mien?
Mien mag dat zien, want het geeft niet.
Neen, geven doet het niet.
Want ook Mien geeft Riet een zoen!







Dat is toch normaal!
Heel normaal is dat!
Riet is op bezoek,
Riet komt op visite.

Piet is blij, Mien is blij!
Want Riet is op bezoek.
Dus hoeft Piet niet meer naar Riet!

Hij is op Mien en hij zoent Riet.
Zomaar thuis. Zomaar bij hem thuis.
Ja Piet, beter kan toch niet?

Wat zijn het goede vrienden!
Drie goede vrienden.
Een mooie vriendschap!
Ja dat is het, een mooie vriendschap!








Wat voelt Piet zich nu toch sterk.
Sterk als een beer, beresterk!


Beresterke Piet vertelt van de baas.
De baas van Piet en Riet.
De baas van Piet en Riet is kwaad op Riet.
Bah! Wat is dat bar! Wat is dat naar!

Boze baas is kwaad op Riet?
Kwade baas is boos op Riet?
Boos op Riet? De baas van Piet?
De baas van Piet en Riet?
Dat kan toch niet? Want Riet die doet toch niet?
Foei baas, foei!




“’t Is niet de schuld van Riet!” dat zei Piet
“De schuld van Riet, dat is het niet, écht niet!”
Dát zei Piet!

Foei foei foei baas!
Ween maar niet Riet!
Want je hebt Piet!

“Ach Mien, dat hád je moeten zien!” zegt Riet
“Ik zei het ook aan Rien: Rien dat hád je moeten zien!
Die knappe Piet toch”

“Die knappe Piet toch”, denkt Mien
“Die knappe Piet toch”, zegt Riet

“Die lieve Riet toch”, denkt Piet

“Die lieve Mien toch”, blaft Does.

Geen opmerkingen: