27.4.24
26.4.24
Lectuur en interpretatie (oefeningen)
Gelaarsde vogels
Het waren grote, zwarte, haast menselijke vogels. Of waren het mensen, die daar zo misplaatst hun zware laarzen en zwarte jassen hadden aangetrokken, hun zwarte bolhoeden opgezet? Nee; voor mensen waren ze nog iets te schichtig.
Met al die ballast raakten de vogels nog amper van de grond. Het is waar, bij hun uitrusting hadden ze een grote zwarte paraplu meegekregen, en door die krachtig boven het hoofd open en dicht te klappen konden ze de verminderde draagkracht van hun vleugels goedmaken. Niet dat ze er bizonder handig in waren. Was het een duidelijke weerzin tegen het gebruik van de paraplu? Hij gaf hun meer de allure van een overgroeide vleermuis dan van een vogel; was het niet denkbaar dat zij juist voor zulk onderscheid gevoelig waren?
- Uit respect voor jullie, lezers, gaan we ervan uit dat jullie de auteur van dit werk heel goed kennen en koesteren. Wij stellen dan ook geen biografische vragen.
- Uit hoeveel verhalen hoort deze bundel eigenlijk te bestaan, en hoeveel staan er werkelijk in?
- Welke verhalen staan er jammer genoeg niet in?
- De ontmaagding van een trap
- Verbanning
- Winterlieven
- Telegram
- Waaraan merk je dat Gust Gils ook gedichten schreef?
- In recensies van het werk van Gust Gils komt het woord 'waanzin' vaak voor. Is dit omdat:
- Recensenten vaak van elkaar overschrijven?
- Recensenten het best geplaatst zijn om te weten wat waanzin is?
- Omdat zij niet op het woord 'wanhoop' kwamen?
- Wat weet je over het gebruik van fosforbommen in een stad met een rivier? Of met andere woorden: Is Gust Gils een betrouwbare getuige?
25.4.24
Bindtekst
Ja, vroeger was alles beter! De mannen kaler en de soep was heter... Daarom, om de gemoederen wat op te hitsen, brengen wij nu een oud fascistisch lied. Misschien kennen sommigen onder jullie het nog wel! Zingen jullie mee? Vandaag kan u nog weigeren, morgen niet meer!
24.4.24
Waarin ik mijn geheimerd misschien wel dood!
23.4.24
Ter zake (29)
Ik hou zeker van dons. Ik denk niet dat ik ooit op een atol heb gestaan. Dat zou ik me herinneren. Ik weet ook zeker dat ik nog nooit een paard heb opgetuigd. Het zal er ook niet meer van komen. Een boerenerf (met paard) boezemt mij steeds ontzag in. Ik vermijd altijd om het schuin over te steken en als er een boerenerfhond is dan kijk ik dubbel uit. Verder ben ik niet zo dol op witte kleding, maar als ik het draag dan moet het smetteloos zijn. Vroeger, toen er nog volop handelaren in garen en band waren, was de wereld er niet beter aan toe dan nu. En heden ten dage, nu de boeren niet meer karnen, is hij er ook niet beter aan toe dan vroeger. Dat ligt aan het feit dat wij westerlingen het kleine niet meer eren, en het grote veel te graag begeren, maar ook aan heel wat andere dingen. Het heeft vast iets te maken met de aard van de mens. Het is jaren geleden dat ik nog kaarsjes heb uitgeblazen op mijn verjaardagstaart. Laat staan dat er taart was. Ik ben het verjaren verleerd.
22.4.24
21.4.24
Zegepralende intrede van Lodewijk van Maele te Brussel na de overwinning van Scheut
'Wat denkt gij, dienstknaap, zal men de lagere landen ooit als fijnbesnaard roemen?'
'Dat ligt in God's handen heer.'
20.4.24
De geroepene
18.4.24
Malgorzata en het bloedend hart
'Laat ons samen bidden!'
17.4.24
Benenspel
Dacht je werkelijk dat er in al die jaren wat veranderd is? Natuurlijk niet. Men blijft het benenspel appreciëren. Ook hij hoor! Zie hem daar staan... de gluiperd. Denk eraan jongens en meisjes: het benenspel, leer het kennen en speel het wel!
16.4.24
15.4.24
Een toovenaar wordt naar den brandstapel geleid (XIIIde eeuw)
Het is niet geheel duidelijk wie hier de toovenaar is, noch of de rode wolk op de achtergrond van den brandstapel komt. Is den ouden man met de kroon de tovenaar? Of zie ik dit louter zo omdat hij mij door de tijd heen heeft betooverd? Die tovenaars, waren er meer? Of was het steeds dezelfde die met tooverkunsten telkens weer zijn vervolgers en zijn beulen misleidde? Misschien kende hij den weg naar den brandstapel beter dan zijn begeleiders? De middeleeuwen blijven raadselachtig.
14.4.24
Lectuur en interpretatie (oefeningen)
Wat alcohol vermag
De man drukte woest zijn sigaret uit in een geraniumpot. Hij had geruime tijd over de Moraviaweg staan staren, vanuit het flatraam. De jonge vrouw keek naar een rug die krom trok van spanning. Nu draaide hij zich om, zijn gezicht als een masker.Ik ga, zei hij toonloos, "ik vertrek, Sonja. Ik laat je hier, je zoekt het maar uit. Ik heb geen zin meer in je.Meteen begon ze als een gek geworden vogel door de kamer te fladderen. Nee Peter, niet weggaan! Blijf bij me! Het was heus allemaal niets met die John.. .De man was de gang al op. Hij rukte de tochtdeur open, sloeg een gleufhoed op zijn hoofd, trenchcoat over een schouder, en smeet toen zo bruusk de buitendeur toe, dat haar vingers er bijna tussen raakten.'Au, au!' gilde ze, hoewel er niets gehavend was. Ze liep de kämer weer in en keek uit het raam naar beneden. Haar mond hing half open, haar boezem ging vlug op en neer. Ze zag nog juist zijn bruine schoen in de auto verdwijnen. Het portier klapte dicht en de Chevrolet schoot weg, richting binnenstad.Na enige tijd merkte ze, dat ze een geranium kapot stond te trekken; de vloer lag vol rode blaadjes.Vuile schoft,' siste ze. 'Heeft natuurlijk zelf een of andere meid, nou heeft hij een mooi excuus om mij te laten zitten.'Over de Moraviaweg waren dames in zomermantels bedaard op weg om boodschappen te doen, in de nieuwe winkels van de randwijk. Het grote middengazon werd door een gemeenteman met een roller gemaaid. Het leven ging gewoon door!Wat moet ik?'Ze stond met de telefoonhoorn in de hand, maar wist niet wie ze bellen moest.
- Wat vermag alcohol? (Dit is een vraag voor lezers ouder dan achttien jaar.)
- Kan je dit verhaal situeren in de tijd?
- Las je deze blog, of het boek omdat je de illustratie/kaft mooi vindt?
- Verdient deze auteur meer bekendheid? Of spreek je liever over notoriëteit?
- Zou je kunnen houden van een vrouw als Sonja?
- Of van een man als Peter?
- Welke zin in bovenstaande paragraaf raakt jou het meest?
- En welke het minst?
- Zou je hem eventueel van buiten willen leren?
- Doet het ertoe dat de schoen in het fragment bruin is?
- Zegt het woord 'Chevrolet' je iets?
13.4.24
De keus
12.4.24
De verkeerde richting
11.4.24
BekoMiele
Je kan het afgoderij noemen, maar de troost die wij bij BekoMiele vinden is heel reëel. BekoMiele, onze stille toeverlaat.
10.4.24
Ter zake (28)
Een nucleaire catastrofe of een allesvernietigende oorlog zou de mensheid – als die het overleeft – nederiger kunnen maken denk ik, al vrees ik ook dat dat effect maar een generatie of drie zou duren. Wat ik van terriërs denk heb ik eerder al geschreven. Ik ben ook al wel eens door een hond gebeten. Door een ezel nog niet. Nee, het was geen terriër die me beet. Dat zou ik me herinneren, want ik vind het lelijke beesten. Mijn moeder heeft mij leren breien, maar daar heb ik nooit iets mee gedaan. Neen, ik hoef geen modelspoorbaan met miniatuurstation erbij in mijn huis, of men me het nu aanbiedt voor niets, of het er een van een gerenommeerd merk zou zijn, of zelfs niet als men het speciaal voor mij zou bouwen, komaan zeg. Het zou een van die weinige dingen zijn die ik met plezier in brand zou steken. Zonder context doet het woord 'schadelijk' me altijd aan alcohol denken.
9.4.24
Piramiden in Almere
8.4.24
Zork de redder
7.4.24
Koningin Maria van Brabant en de Verminnezanger (XIIIe eeuw)
Terwijl Koningin Maria de boodschap in het lied ook al niet te persoonlijk opvatte, zat haar hofdame zich af te vragen of dit lied de tand des tijds wel zou doorstaan.
6.4.24
Literatuur en interpretatie (oefeningen)
Toen hij een poos gereden had, dacht Bill: Ik kan niet langer in de verkeerde richting blijven rijden! Fort Larned ligt ergens anders en daar moet ik beslist heen. Maar als ik plotseling een andere richting zou inslaan, zouden de Indianen het onmiddellijk merken. Wat zal ik doen?
Toevallig kwam hij juist bij een heuvel aan, en die kwam hem goed te stade. Na een korte galop had Buffalo Bill de heuvel achter zich gelaten. Nu sloeg hij de richting van Fort Larned in, gaf zijn muildier de sporen en riep hem toe: Vooruit, Langzame Voet! Mijn redding schuilt in jouw benen!Nadat hij drie mijlen in razend tempo had afgelegd, draaide hij zich weer eens in het zadel om. Tot zijn schrik moest hij vaststellen dat hij door een groep Indianen werd achtervolgd.Dat heb ik gevreesd ! zei Bill bij zichzelf. Ze hebben het bedrog gemerkt en zijn woedend geworden.Maar tegen het muildier riep hij: Voorwaarts! Voorwaarts, Langzame Voet! Als ze ons nog eens te pakken krijgen, komen we er niet meer levend af!
- Zou je de auteur van dit werk 'invoelend' kunnen noemen? Waaraan kan je dit merken?
- Als we ervan uitgaan dat de auteur – Karl May – nooit in Amerika is geweest, waar in Duitsland speelt dit verhaal zich dan af? Of in Nederland?
- Met de kennis van nu, waarom blijven de verhalen van Buffalo Bill aanbevelenswaardige literatuur?
- Als deze verhalen aanbevelingswaardige literatuur zijn, wat is er dan literair aan de stijl van Karl May?
- Als je de verhalen van Buffalo Bill zou aanpassen aan onze tijd, wie zijn dan de indianen? Hoe definieer je dan 'goed' en 'slecht'? (Bijkomende opdracht: herschrijf het fragment, aangepast aan onze tijd.)
- Overleeft Langzame Voet het hoofdstuk waaruit we citeren?
4.4.24
De Jannen
'Jan, ik ben een verscheurd mens.'
3.4.24
De neerbuigenden
Maakt kennis met de neerbuigenden. Het zijn uiteenlopende karakters en zij werken in diverse milieus. Sommigen zijn veelverdiener en anderen wat minder. Maar hun neerbuigendheid hebben zij gemeen. Vooral interessant is hoe zij elkaar bejegenen! Maar daar kijkt u niet van op denk ik.
2.4.24
Wat afgeluisterd werd!
1.4.24
Vijf na twaalf
'Jezus Jan, het is vijf na twaalf!'
Juffrouw Elza en de K.W.A.A.K.
Nu haar poging om te infiltreren bij de K.W.A.A.K. en zo hun levenswijze te bestuderen was mislukt, ontdeed Jufffrouw Elza, de jonge avonturierster, zich van haar vermomming, om hen naakt tegemoet te treden. Zo hoopte zij alsnog aan hun wraak te ontkomen door toch op hun eisen in te gaan en ieder van hen te kussen, zodat zij er zich van konden vergewissen wie van hen een door de heks betoverde prins was. De K.W.A.A.K. aanvaardden haar voorstel met enige tegenzin, aangezien zij om fysische redenen geen naakte mensenvrouwen kunnen waarnemen en op de tast zoenen enigszins vies vinden. Vanuit hun standpunt was er geen zekerheid dat het inderdaad Elza was die ze zoenden. Een zekerheid die ook ik de lezer niet kan bieden.
31.3.24
Het geluk en Mien Zwart (Een korte reportage)
Eindelijk kwam de dag waarop het geluk Mien toelachte. 'Ik was zo verrast dat ik haast vergat terug te lachen,' zou ze later zeggen.
30.3.24
Ter zake (27)
Ik kan me echt niet voorstellen dat ik ooit deelneem aan een knokpartij. Ik heb het vroeger nooit gedaan en ik zie niet in hoe ik er nu nog bij betrokken kan raken, schuw als ik ben Het is niet omdat ik bang ben om met de politie in aanraking te komen of in de gevangenis te vliegen of zo, daar sta ik niet eens bij stil, neen, Ik ben er gewoon te laf voor. Toen ik jong was en Sinterklaas nog kwam stond ik er ook niet bij stil hoe die heilige man de geschenken naar binnen bracht. Misschien heb ik wel een ingebakken neiging om me niet bezig te houden met dingen waar een reukje aan zit, want ook later, toen ik catechese volgde, hield ik me niet bezig met aspecten die duidelijk niet passen bij de realiteit. Soms draag ik wel eens iets roods. Ik ben geen persoon die reserve onderdelen nodig heeft om met een gerust gemoed een toestel te gebruiken. In mijn auto ligt geen reservewiel. Ik voel me duidelijk meer verwant met hagedissen dan met slangen. Ik heb de indruk dat we ons tegenwoordig minder druk maken over het feit dat kinderen kunnen stikken wanneer ze kleine stukjes speelgoed inslikken. Ze worden belaagd door grotere gevaren volgens mij. Het beroep van telemarketeer zou ik zonder wroeging zomaar willen verbieden. Bombast is een woord en ik vraag me af of het ooit iets met bommen had te maken, of met basten. Moleculaire transportatie, indien het realiseerbaar is, is het ultieme wapen. Uitdrukkingen zoals 'Je moet loslaten waar je van houdt', of 'op elk potje past een deksel' doen mij pijn. Van Indisch worstelen heb ik nog nooit gehoord, maar ik neem grif aan dat het voor anderen dan weer levensbepalend kan zijn. Verder hunker ik er niet naar om een klassieke wagen te hebben of ver van de beschaving te wonen zonder internet of postbedeling. Anderzijds begrijp ik steeds beter dat die dingen nu ook weer niet alles oplossen waar wij als mens mee kampen. Ik mis de diensten van een melkboer aan huis en kranten die vervolgverhalen en romans in wekelijkse afleveringen publiceren.
29.3.24
Lectuur en interpretatie (oefeningen)
Natuurlijk, in ieder ander land zou Het Plan vandaag nog steeds draaien. In ieder ander land zou het een bron van nationale trots zijn geweest en zou het voltallige personeel zich inspannen voor de handhaving van het hoge niveau en de principes waarop het was gebaseerd. Sterker nog, veel van onze buren op het vasteland hebben versies van Het Plan voor eigen gebruik overgenomen en in alle gevallen hebben ze een grenzeloos succes geboekt. Toch bestaat er geen twijfel over, wiens idee het oorspronkelijk was. Het was van ons. Wij hadden het bedacht. Het Plan voor Volledige Werkgelegenheid werd door de rest van de wereld met afgunst bekeken: het was de grootste onderneming die ooit door mannen en vrouwen is bedacht. Het loste in één klap het probleem op dat de mensheid al generaties lang in zijn greep hield. De deelnemers hoefden de zaak alleen maar in beweging te zetten en ze waren verzekerd van een stralend en zonovergoten hoogland waar ledigheid en onzekerheid voor altijd uit verbannen waren. Het Plan, tot in de puntjes uitgedokterd door mensen met visie, was waterdicht en kon niet misgaan.
- Is dit boek volgens jou een parabel of een haast één op één getrouwe weergave van de realiteit?
- Had jij dit boek willen schrijven?
- Waarom deed u het dan niet?
- Zou je het kunnen?
- Had je het erg gevonden als het hoofdpersonnage jouw naam had gehad? Waarom (niet)?
- Denk je dat een goed uitgevoerd communisme slechter is dan een slecht uitgevoerd kapitalisme? Welke argumenten haal je daarvoor uit dit boek?
- Is dit een boek voor kinderen?
28.3.24
Avondvertellingen (Middeleeuwen) XIIIde eeuw
Bij gebrek aan talk shows en internet vulden de lagere landelingen hun avonden met vertellingen. Daar gingen zij in op. De betere vertellers waren zo goed dat menig lage landeling geloofde dat zijn linkerduim rechts stond en zijn rechterduim links, als de verteller dit maar overtuigend genoeg wist uit te leggen en vooral ook te herhalen. Deze lichtgelovigheid is tot op de dag van vandaag nog duidelijk terug te vinden in de volksaard en verklaart de populariteit van de talk shows en het internet waarvan sprake in de eerste zin.
27.3.24
26.3.24
25.3.24
FPP (2)
Het was in Grobbendonk.
24.3.24
FPP (1)
Het was in Denderleeuw.
23.3.24
Op zekere nacht toen ik niet doorhad wat verdween
22.3.24
Huwelijk van Boudewijn van Bergen, Graaf van Vlaanderen, met Richilde, gravin van Henegouwen (1187)
Eigenlijk was dit haar tweede huwelijk. Zij staat er dan ook wat geroutineerd bij. Boudewijn, een volle neef van haar, lijkt ook niet echt op te gaan in het ceremonieel. Hij wilde zo snel mogelijk werk maken van een nageslacht zodat Arnulf III – toen nog niet verwekt – hem zou kunnen opvolgen. Daar slaagde hij, mits enkele verwikkelingen, uiteindelijk ook in.
21.3.24
Sprookje
In dit sprookje wacht de koning op het meisje of de vrouw die hem komt overtroeven. De meeste kinderen hebben het geduld niet om te wachten hoe dat afloopt.
20.3.24
Lectuur en interpretatie (oefeningen)
De ogen van de grafdelver die niet haar voorkeur had, volgden de figuur van Cahir Bowes terwijl die zich naar het opstapje bewoog. Hij lachte een beetje geamuseerd en veegde toen over zijn voorhoofd. Hij kwam overeind en klom uit het graf. Hij wendde zich tot de weduwe en zei: 'We zitten op vijf voet. Is dat genoeg om de wever in neer te laten? Bent u tevreden?'
De man sprak haar aan zonder bijzonder medeleven te veinzen. Hij benaderde haar zoals een vierde echtgenote dient te worden benaderd. De weduwe was zich van zijn gedrag bewust, maar nam het hem niet kwalijk. Ze bezag hem kalm en zonder een spoor van wrok. Er was van zijn kant ook geen sprake van wrok, huichelarij of schone schijn. Haar emotieloze ogen volgden zijn gebaren toen hij zijn spade in de rulle berg aarde op de grond stak. Een schreeuw van Cahir Bowes leidde hem af, hij lachte opnieuw en voordat de weduwe kon antwoorden, zei hij: 'Die ouwe Cahir is me er eentje. Kom mee, om te horen wat hij de spijkerslager te zeggen heeft.'
De ogen van de grafdelver die niet haar voorkeur had, volgden de figuur van Cahir Bowes terwijl die zich naar het opstapje bewoog. Hij lachte een beetje geamuseerd en veegde toen over zijn voorhoofd. Hij kwam overeind en klom uit het graf. Hij wendde zich tot de weduwe en zei: 'We zitten op vijf voet. Is dat genoeg om de wever in neer te laten? Bent u tevreden?'
De man sprak haar aan zonder bijzonder medeleven te veinzen. Hij benaderde haar zoals een vierde echtgenote dient te worden benaderd. De weduwe was zich van zijn gedrag bewust, maar nam het hem niet kwalijk. Ze bezag hem kalm en zonder een spoor van wrok. Er was van zijn kant ook geen sprake van wrok, huichelarij of schone schijn. Haar emotieloze ogen volgden zijn gebaren toen hij zijn spade in de rulle berg aarde op de grond stak. Een schreeuw van Cahir Bowes leidde hem af, hij lachte opnieuw en voordat de weduwe kon antwoorden, zei hij: 'Die ouwe Cahir is me er eentje. Kom mee, om te horen wat hij de spijkerslager te zeggen heeft.'
- Volstaan bovenstaande paragrafen om je er toe te bewegen het boek te kopen? Zo niet, waarom?
- Over wie gaat dit verhaal denk je? En wil je om deze vraag te kunnen beantwoorden, meer weten over de wever?
- Doet dit fragment je stilstaan bij wat het beroep van grafdelver zoal inhoudt?
- Zonder dat je het boek hebt gelezen, en daar ga ik stellig van uit, geloof je dan dat bovenstaande paragraaf de kern van het verhaal bevat?
- Op een schaal van 1 tot 10: hoe erotisch is de bovenstaande passage?
19.3.24
Ter zake (26)
Ik denk dat ik indien ik naar Indië zou gaan ik daar wel van de aardbodem zou kunnen verdwijnen. Soms hoor je van mensen die verdwenen zijn, of zijn omgekomen. Laatst nog in Frankrijk. Ik kende die mensen niet en toch is het mogelijk dat ze in mijn buurt woonden. Misschien wel dat stel joggers dat in fluogele jasjes elke ochtend onder mijn raam voorbijliep. Ze keken niet op of om. Ze hadden op zich niks verdwijnerig in hun manier van lopen, maar er gebeurt wel meer in Frankrijk. Ook in Indië trouwens.
18.3.24
Klimmen
Nacht na nacht droom ik dat ik naar de maan klim. Ik klim en klim en klim en klim. Ik ben de wolken al voorbij. Altijd klimmen. Ik klim al zo lang dat ik al lang geen idee meer heb van hoe de wereld, de continenten, de steden, de straten, de huizen, de kamer met de schaduw van de gordijnen eruitzien. Soms voel ik de ladder meewiegen met de wind en dan heb ik geen tijd om nog meer te herinneren. Alleen door te klimmen blijf ik in leven. Nacht na nacht droom ik dat ik naar de maan klim.
17.3.24
16.3.24
Het monster is er nog
15.3.24
Gerechtigheid van Boudewijn VII Hapken te Brugge
De gerechtigheid van Boudewijn uitte zich doorgaans in straffen als onthoofding of verbanning. Maar levend koken kwam ook wel voor. De uitdrukking 'in zijn sop gaar laten koken' zou hier wel eens haar oorsprong kunnen hebben. Koken zou vooral een straf geweest zijn voor valsemunters. Ik weet niet welke straf uw voorkeur geniet. De bijl in de afbeelding lijkt me niet veel groter dan een uit de kluiten gewassen scheermes. Anderzijds laat het onderschrift op ons beeldmateriaal vermoeden dat de gerechtigheid van Boudewijn buiten Brugge heel anders was.
14.3.24
(Hoe waren wij?)
Om alsnog gelukkig te worden gaf Irma zich in haar laatste jonge jaren over aan vreemde religieuze gebruiken.
13.3.24
12.3.24
Het maanmes
ik was op weg naar huis
toen ik op mijn fiets een bocht nam