31.8.13

Hoe ik er tegen kan

Ik geef het toe hoor: ik ben op aarde met een opdracht. En die luidt: vrouwen doorgronden!
Vrouwen doorgronden en de opgedane kennis delen met al wie daar zijn voordeel mee kan doen.
Of ik daar werkelijk in slaag is natuurlijk nog maar de vraag. Maar aangezien ik geen andere opdrachten kreeg doorgrond ik maar. Bij hoog en bij laag. Bij oud en bij jong.
Ik heb natuurlijk niet altijd resultaat en een enkele keer richt mijn doorgrondingswerk ook schade aan. Zo vrijblijvend als het klinkt is het niet, dat doorgronden.
De ene is ook al doorgrondbaarder dan de andere. Soms valt er ook helemaal niets te doorgronden en dat kost even goed tijd en vaak zelfs méér geld. Soms zet ik het ook op een lopen.
Maar heel af en toe krijg ik echter ook eens een zoentje en op die manier kan ik er wel tegen.


_____

30.8.13

Het etui

"Kijk, dit is het etui waarin zij hun geheimen bewaarden."
"En dat volstaat voor jullie?"
"Het is een belangrijk teken van openheid!"
"Wat zijn jullie toch sprookjesachtig."


_____

29.8.13

De mus



Telkens weer wanneer juffrouw Daelman haar gevoelens voor de jonge Irma wilde blootgeven kwam er wel iets tussen dat haar weerhield.


_____

Hoe de waarheid te aanhoren en wat er mee aan te vangen

Het is niet zozeer oordeelkundigheid als wel onze manier van luisteren die ons een stap naderbij brengen. Zo kan je schrijlings op jouw stuk van de lits-jumeaux zitten, of met het hoofd boven water zwemmend aandacht besteden aan wat je wordt verteld, en geloven dat je er heel dicht bij bent indien je iets jou welgevallig meent waar te nemen. Althans, dat is één mogelijkheid. Vooral wanneer dat gepaard gaat met een warme blik van verstandhouding of hoopgevend vragend, zo van "Je gelooft mij toch?". Je kan dan eventueel instemmend knikken - wat van op de lits-jumeaux makkelijker is dan met het hoofd boven water zwemmend. In dat laatste geval moet je het knikken extreem overdreven uitvoeren om je intentie duidelijk te maken - waarmee ik maar bedoel dat je oog moet hebben voor jouw op dat moment actuele situatie. Dat is trouwens altijd het geval als het over de waarheid gaat.
Nadat je haar volledig of toch zo goed als hebt aanhoort is het geraden te bedenken dat wat men in dat verband hoorde toch niet noodzakelijk jòuw waarheid hoeft te zijn en dat het je vrij staat dat al dan niet in je repliek mee te nemen. Je kan dus nog altijd alle kanten op met jòuw waarheid. Onthoud vooral dit laatste.


_____

28.8.13

Inzicht



Ineens begreep zij dat zij geen hulp van buitenlandse mogendheden mocht verwachten, hoe moeilijk zij het ook had. en dat dat weinig te maken had met de opvattingen van wijlen haar man, hoe zij zich daar ook verbaal had tegen verzet!


_____

Oog



"Uiteindelijk gaat het altijd om het ware in het leven denk ik."
"Wat heb jij toch oog voor die dingen zeg!"


_____

27.8.13

Het teken aan de wand



Ik heb zelf ook al verschillende malen gepaard zonder dat dit mij overigens bezwaard heeft. Dat legt in feite uit waarom ik het verschillende malen heb gedaan, begrijp ik ineens.
Datzelfde geldt uiteraard ook voor de meeste anderen die er ervaring mee hebben meen ik te weten, al spreken zij daar doorgaans erg besmuikt over. Of je moet het halen uit de grove bewoordingen die zij er voor hebben in meer uitgelaten momenten. Daar zal je mij zelden op betrappen, op grove woorden bedoel ik. Ik zeg het gewoon heel normaal dat ik het al verschillende malen heb gedaan en dat het mij zelden bezwaard heeft!
Dat is een kwestie van aanpak. Zo denk ik tijdens het paren zelden aan andere dingen en verlies ik mij geheel in mezelf. U moet mij dan niet vragen wat er zich in de buurt heeft afgespeeld, ik geloof niet dat ik dat dan accuraat kan schetsen.
Af en toe heb ik natuurlijk wèl aan andere dingen gedacht. Dat gebeurde dan ook als vanzelf en het was altijd een teken aan de wand.


_____

26.8.13

To the Point

Een man met een grijze gleufhoed en een versleten bruine leren dokterstas glipte met een bewoner mee het gebouw aan de overkant binnen terwijl een kerel op een motor met draaiende motor buiten bleef wachten.
Ik weet nog dat ik mij afvroeg of dit nu toeval was of moest ik de politie bellen? Maar daar kwam de gleufhoed met wapperende jaspanden al weer aangelopen, sprong achter op de motor die, zo verwachtte ik, meteen zou wegscheuren.
Maar hij scheurde niet weg. Waarom bleven ze daar staan? Het leek toch voorbestemd?
Pas minuten later liepen ze allebei samen weer het gebouw in. Ik begreep er niets meer van.
Hoe deze gebeurtenis nauw verband houdt met mijn kijk op het leven en ja zelfs met mijn manier van geluksbeleving is een veel ingewikkelder verhaal. En laat ik nu voor een keer eens to the point blijven.


_____

25.8.13

Kringetje



Op een bepaalde manier leek het wèl mogelijk om uit zijn kringetje te komen.


_____

24.8.13

In een positie



Na een aantal wisselingen in mijn loopbaan kwam ik in een positie waar ook ik vrijer met personeel kon omgaan.


_____

23.8.13

De vleugels

Toen ik uit het station kwam daalde er van links boven een engel naast mij neer die mij, zonder zich nader voor te stellen zijn verengels cadeau deed, waarna hij als bevrijd de stad inwandelde. Ik vond het wel vreemd dat hij ze zo lukraak van de hand deed aan de eerste de beste, zonder voorwaarde of wat dan ook, maar goed, ik had toch maar ineens vleugels!
Zo goed en zo kwaad mogelijk maakte ik ze vast aan mijn rug en zo doende zag ik dat het al wat oudere, niet zo mooie vleugels waren. Het koste mij ook onmenselijk veel energie om er mee te vliegen. Veel verder dan tot op de hoek van het stationsgebouw raakte ik niet. Hooguit één meter hoog. Op die manier begreep ik dat vleugels niet echt iets voor mij waren en ik liet ze dan maar achter bij de bushalte. Er was ook niemand die mij nariep: "Meneer, uw vleugels!", wat ik als een voorteken opvatten.
Zo, voortaan hoeft u zich niet meer af te vragen waarom ik niet vlieg.


_____

22.8.13

De Lambada



Toen bleek dat zij de de wondermooie melodie van de Lambada niet machtig waren volgde er een discussie over het uiteindelijk verschuldigde honorarium.


_____

19.8.13

Altijd!



Ja, er is er overal altijd wel eentje die het over de lonen van de overheidsmanagers moet hebben!


_____

18.8.13

Tòen



Ja, maar dàt was in mijn eerste huwelijk en tòen was ik geluk nìet gewoon!


_____

17.8.13

De vaart der volkeren



Zonder hen te waarschuwen besloot ik mijn lotgenoten een duwtje te geven in de vaart der volkeren, en om raad te gaan bij wie ons daarin al is ontstegen.
Ik wachtte even tot er niemand mijn kant uit keek en glipte toen mee met de lift, want ik wilde niet door iemand weerhouden worden op het laatste moment.Het leek wel drie dagen te duren voor ik op het bestemde niveau arriveerde, al sterkte mij dit anderzijds wel in mijn overtuiging dat men hier vast al erg ver in de vaart der volkeren verkeerde.
Toch verliep de ontvangst erg gereserveerd, om niet te zeggen stroef. Maar dat wijtte ik aan het feit dat zij waarschijnlijk veel meer van dit soort bezoek kregen en de avonturiers wilden onderscheiden van de welmenenden.
Zij wilden precies weten wie ik was, waarop ik zo eerlijk mogelijk antwoordde, met een omstandige uitleg over hoe achterop de mijnen wel waren in de vaart, en dat ik hoopte hier wat informatie te kunnen krijgen over hoe de achterstand wat te verkleinen.
"Tja…" zeiden ze, "denkt u echt dat onze plaats wezenlijk van de uwe verschilt? Meer nog, dat wij antwoorden hebben voor u?"
Ik stelde hen dan maar wat vragen en illustreerde tal van onderwerpen waar wij van op onze plaats in de vaart der volkeren nog geen benul van aanzet tot begrip hebben, en dat hun medewerking beslist geapprecieerd zou worden.
"Door wie?" wilden zij nogal dommig weten.
"Door ons natuurlijk!"
"Hoe dan?"
Daar had ik geen zinnig antwoord op.
Waarna zij mij uitgeleide deden naar de lift, die er deze keer ineens veel sneller over leek te doen.
Terug onder de mijnen werd ik niet al te vriendelijk ontvangen. Zij waren er inmiddels achter waar ik had uitgehangen en hadden zich in het hoofd gehaald dat ik hen had beledigd. Zij gaven mij een stevige reprimande en een priemende vingerwijzing over mijn precieze plaats bij hen in de vaart der volkeren.
Dat het allemaal maar fictie was, wilden zij niet van mij aannemen.


_____

Het geluk van mijn kinderjaren


Niets benadert het geluk van mijn kinderjaren zo dicht als het geluid van een (Cartamundi!) speelkaart* tussen de spaken van mijn Gazelle Paris Plus herenfiets wanneer ik doorheen de dorpskern zoef en naar mijn vriendjes wuif!:

"Wie komt er buiten spelen?"



* het stiekem afgescheurde kaft 
van een Zwart Beertje van mijn vader 
kon ook dienen maar hield heel wat meer risico in.


_____

16.8.13

De jonge tovenares



Om te lachen, had de jonge tovenares het lichaam van haar uitheemse aanbidder weggetoverd en toen bleek dat zij het niet meer kon terugtoveren. Samen hadden zij zich de avond heel anders hadden voorgesteld.


_____

15.8.13

Sophie en Marcel

Marcel zoende Sophie.
Sophie voelde zijn tong bewegen in haar mond. Marcel sloot zijn ogen.
Sophie kreunde haast onhoorbaar, nam Marcel nog iets steviger in haar omhelzing en zoog ook eens stevig aan Marcels tong.
Marcel kreunde, want dat deed pijn.
Marcel loste met zijn rechterarm de omhelzing en probeerde Sophie's dij te strelen.
Sophie kreunde iets luider nu en duwde zijn arm terug omhoog.
Marcel begreep dat hij te hard van stapel liep.
Sophie wilde echter niet dat hij zich uit hun omhelzing losmaakte en omknelde hem nog steviger.
Ook drukte zij haar onderlijf tegen het zijne.
"Maar Sophie!" stamelde Marcel hoopvol.
"Marcel!!!" antwoordde Sophie.


_____

Gemeentelijk palindroom



Toen de veldwachter een methode bedacht om ook de ongeletterden te informeren over het feit dat er alweer een nieuw gemeentelijk palindroom was bedacht werd hij hiervoor door de burgemeester in persoon gefeliciteerd!


_____

14.8.13

Het meisje dat beweegt als een schaakstuk.



Onderweg kwam ik in een dorp met als enige bezienswaardigheid
"Het meisje dat beweegt als een schaakstuk."
Beweren dat dit soort divertissement mij interesseert zal ik nooit doen, maar na het avondmaal in de herberg, tijdens mijn avondwandeling (want dat doe ik als ik op vakantie ben: avondwandelingen) liep ik achter de kerk pal op het huis waar deze bezienswaardigheid was ondergebracht.
Ik betaalde entreegeld en kreeg samen met een archaïsch vormgegeven ticket een met een schrijfmachine geschreven en vele malen gekopieerde uitleg over hoe schaakstukken bewegen, met eveneens de waarschuwing dat 'en passant`en 'rokeren' niet op het repertoire stonden, omdat het meisje wegens omstandigheden voorlopig alleen was. Na die administratieve handelingen wees de portier naar de trap:
"Het is boven, de laatste deur in de gang."
De kamer van de bezienswaardigheid was volledig onbemeubeld en op de vensterbank, met haar benen bungelend boven het op de linoleum geschilderde schaakbord zat "het meisje" (een vrouw van rond de veertig schatte ik).
"Welke kleur kiest u, wit of zwart?" vroeg zij professioneel maar toch wel vriendelijk.
"Zwart."
"En als welk stuk wil u mij zien bewegen?"
"Een paard," vroeg ik, niet omdat dat mij het spectaculairst leek, maar omdat ik nu eenmaal graag vrouwen zie bewegen als een paard. En misschien ook omdat ik wanneer ik een paard zie vaak aan vrouwen moet denken, waarschijnlijk.
"Een ogenblik, ik ben zo terug."
Zij bleef ongeveer een kwartiertje weg, maar kwam toen volledig zwart geschminkt terug en begon schaakpaardensprongsgewijs van de witte op de zwarte vlakken op de vloer te huppelen. Daarbij hield zij mij ook constant in het oog. Wat de hele oefening natuurlijk moeilijker maakte dan strikt nodig. Nadat zij minstens één keer op elk veld had gestaan hield zij er mee op en maakte een lichte buiging. Ik kon niet opmaken of ze nu buiten adem was of niet.
Ik bedankte haar en liep langs de portier (die nu druk in een telefoongesprek was verwikkeld - Néé, het is nu het drukke seizoen) en liep weer naar mijn hotel.
Nu, jaren later en vele reizen verder vraag ik mij nog vaak af wat er toen zo aan mij te bekijken viel.


_____

13.8.13

Een verklikker spreekt



Ik zocht een dossier dat achter een bureau was gevallen. Toen ik daar neergehurkt zat hoorde ik hen praten over wat zij beraamden.
"Wacht maar," besloot ik, "zo gemakkelijk gaat dat niet."
En ik ben alles gaan verklikken.
Ze zullen raar hebben opgekeken. En nooit begrepen hoe hun plan zo scheef kon lopen.
Uiteraard was ik ook de eerste die hen over hun ontslag aansprak en uitdrukte "hoe spijtig ik het wel vond."
Het was uiteraard allemaal een samenloop van omstandigheden. Dat was later vaak anders.


_____

12.8.13

Kantoor



"Gôh Pierre! En zeggen dat ik overmorgen al weer op kantoor zit."


_____

11.8.13

Plaats



Ja hoor, de meeste mensen kènnen hun plaats, maar beseffen alleen niet goed hoe ze daar kwamen.


_____

10.8.13

Sturing



We hadden het niet vaak over hem, maar telkens dat het geval was verscheen hij aan de horizon en dat stuurde uiteraard het gesprek.


_____

9.8.13

De duurzaamheid



Zolang Charles bezig was met haar met strandzand te sculpteren mocht Gwenn, in dezelfde houding, niet bewegen.
"Dit symboliseert de duurzaamheid van onze liefde!" legde hij uit.


_____

8.8.13

Andere middelen



Met woorden kreeg hij het nooit gezegd, maar hij bedacht andere middelen om uit te leggen hoe hij een relatie zag.


_____

De volgende en volgende en daar op volgende zet



Ik begaf mij eens naar dat cafeetje in Sneek. Er zat, gezien het uur, niet veel volk. Dat zijn de uren waar ik het meest van hou.
Maar de schakers waren er al. Diep verzonken in gepeins over hun volgende en volgende en de dààr op volgende zet. Wat mij er niet van weerhield om opbouwende kritiek te formuleren.
Tot een van hen vroeg waarom ik ineens Frans sprak, dat had ik nooit eerder gedaan. Ik besefte ineens dat hij gelijk had: ik sprak warempel Frans, de taal van Molière. Hoe was dat zo ineens mogelijk? Ik mompelde een verontschuldiging en schakelde over naar het Engels, de taal van Ian Fleming. Ik begreep geheel niet wat mij overkomen was.
`s Anderendaags, weer bij de schakers, was er niemand die nog over het voorval sprak. Ze dachten alweer diep na over hun volgende en volgende en de dààr op volgende zet en ik beperkte mij voorzichtigheidshalve maar tot eerder milde kritiek, waarbij ik wel uitkeek voor mijn taalkeuze.


_____

7.8.13

De hoge si



Terwijl vader
met zijn hoofd vast zat
in zijn hemdje
deed Sylvia
eerder lusteloos
de hoge si vibreren.


_____

6.8.13

Registratie van vunzigheid



Bij leven had ik vunzige hersenen. Zij vonden werkelijk àlles vunzig wat onder hun aandacht kwam: ellebogen van kinderen, lichtschakelaars van staanlampen, peren, een acrobaat met zijn om hun wulpsheid uitgekozen assistentes ter uitvoering van De eenig leevende weegschaal, geometrische driehoeken, menselijke en dierlijke tepels, biologisch gekweekte spinazie, handgemaakt aardewerk, de bril waardoor men alles ziet maar daarom nog niet begrijpt, gewassen geslachtsdelen, oprechtheid in het nauw.
Na mijn dood - een volkomen natuurlijk gebeuren trouwens - werden mijn hersenen overgedragen aan een internationaal beheerde instelling. Wat vunzig! (Want mijn hersenen bleven aldoor vunzig denken terwijl de rest van mij al vunzig dood was. Nee, mijn hersenen dus niet!)
Internationale geleerden met belangstelling voor het vunzige probeerden mijn hersenen driedimensionaal in kaart te brengen. Geen sinecure aangezien zij, mijn hersenen dus, ondertussen overal nieuwe vunzigheid ontwaarden en registreerden. Vulpendopjes, ontsmette wandelgangen, overspel onder het medisch personeel, toestanden op directieniveau. Op internationale schaal! Er was geen beheersen aan. De gedachte alleen al werd als uiterst vunzig geregistreerd met hun zelfontworpen meetapparaat.
Uiteindelijk werd het project stopgezet wegens gebrek aan fondsen. Aangezien het vunzige werkelijk overal kon zitten werd het als te alledaags gepercipieerd.
Daarna zijn mijn hersenen, afgesloten in een metalen koker en niet langer blootgesteld aan vunzigheden, stilaan weggekwijnd. Heel wat vunzigheid blijft nu dus geheel ongeregistreerd. Wat menigeen goed uitkomt natuurlijk.


_____

5.8.13

Veinzen

Je kan ook altijd veinzen dat je de taal spreekt. Dat wordt daar enorm geapprecieerd. Maar kijk uit dat je je niet tot iets verbindt.


_____

4.8.13

Panklaar

Waarschijnlijk omwille van een administratieve fout werden wij op 2 maart panklaar verklaard. Ik onthoud de datum zo goed omdat het ook mijn verjaardag is.
Maar het was pas enkele weken later, toen er al allerlei panklare gerechten toegelicht waren door diverse overheidsinstanties, en ook omdat mijn stappen om de fout recht te zetten op een muur van onwil bleven stuiten, dat ik mij zorgen begon te maken.
En nu, omdat mijn vrouw gisteren in zeven haasten van de kruidenier is terug komen lopen met een door de plaatselijke middenstand gedrukte gerechtenkalender, nu wordt het tijd dat ik aan emigreren denk. Vooral ook omdat ik mij steeds gulziger bekeken voel door de vrouw van hierover.


_____

3.8.13

Kamperen toen en nu



Niet omkijken Piet, maar ik denk dat die vrouw van hiernaast jou ergens van kent!


_____

2.8.13

Een voltrekking van de werkelijkheid

Het was op een loeihete dag, en misschien juist daarom te verklaren, dat een man het podium kwam opgesneld en zich repte om vòòr ons - acteurs - aan het langste eind te kunnen trekken. Daarvoor confisqueerde hij zelfs de stoel, ons belangrijkste rekwisiet.
Niettegenstaande onze niet gespeelde verbouwereerdheid duurde het een poos voor het publiek besefte dat zich voor hun ogen de werkelijkheid had voltrokken met beschaafd tumult als gevolg.


_____

1.8.13

In de wolken en terug?



Een man klom op een schans en zette zich af. Hij dook de wolken in, maar wel zo dat hij die niet voorbij schoot, het oneindige in. Hij wist niet waarom - hou zou het ook? - maar hij was niet klaar voor het oneindige, dat wilde hij zo lang mogelijk uitstellen.
In de wolken had hij het enorm naar zijn zin. geen ene wolk was gelijk aan de andere en dat leek hem waardevol om te onthouden.
Nu is hij weer thuis. Of hij dat waardevolle heeft onthouden weet ik niet. Ik zie elke dag zijn vrouw. Zij heeft er de handen vol mee naar het schijnt.


_____