20.1.24

Ter zake (16)






Ik sta er niet bij stil of mijn vinger- en teennagels blijven groeien na mijn dood. Het is hoe dan ook een eigenaardig fenomeen (voor wie niet goed nadenkt). Misschien komt er ooit een commerciële toepassing die het oogsten van zulke groeisels zal rechtvaardigen. Nu mijn einde nadert beginnen olifanten steeds meer een rol te spelen in mijn leven, of beter uitgedrukt: ze duiken meer en meer op. Mijn moedertaal is Vlaams. Maar niet het dialectisch gewauwel dat daar tegenwoordig voor doorgaat. Met feesten heb ik niets, maar ik heb er zeker ook niets op tegen dat u er weer een houdt. Ik hou altijd wel mijn ondergoed aan. Dat doe ik trouwens zoveel en zolang mogelijk. Hoe u dit interpreteert kan mij niet schelen. Ik eet niet zo vaak noten. Onlangs at ik echter wel pindakaas en dat vond ik tot mijn verbazing lekker. Af en toe eet ik ook wel eens amandelnoten. Hoewel ik het heel leuk zou vinden geloof ik niet dat ik ooit een hond zal hebben. De wet van Ohm ben ik alweer lang vergeten. Kersen zijn fruit, maar dat besef ik niet vaak. Verstaanbaarheid lijkt mij iets dat vooral afhangt van de spreker. Een aandachtige toehoorder kan natuurlijk heel wat invullen of veronderstellen wanneer hij naar een slechte spreker luistert. Of een mens meer waard is dan een mier hangt ervan af welk standpunt u inneemt. Ik als mens zou zeggen dat een mens twintig keer meer waard is.  Als mier zou ik me veel meer waard achten.



Geen opmerkingen: