28.12.23

Ter zake (12)

 


 

Vroeger, toen ik van school naar huis liep, kwam ik elke dag voorbij een oud pand. Dat zijn de bombazijnen, zei mijn moeder op een toon van ‘daar blijf je beter weg’. Pas heel onlangs kwam ik toevallig te weten wat bombazijn werkelijk is. Dit sterkt me in mijn geloof dat de dingen die moeten gebeuren ook altijd wel zullen gebeuren. Zo geloof ik nog altijd dat iemand me ooit een Meccano zal schenken. Ik herinner me nog hoe ik als kind door het graanveld liep en bij het eruit lopen altijd goed keek of de boer niet in de buurt was. Sinds iemand mij eens uitlegde waarom blauw blauw is en rood rood, vertrouw ik het zaakje niet meer. Temeer omdat dieren kleuren blijkbaar anders zien dan mensen. Men zegt wel eens dat een muzikant een warme toon heeft. Daar ben ik het vaak niet mee eens. Vooral in het schlagergenre. Ik bereik stilaan de leeftijd waarop een mens weer zin krijgt een vlieger op te laten. Ik zag onlangs een documentaire waarin men uitlegde dat in Amerika geprobeerd wordt om een bepaald vossen- of hondenras zo te kweken dat het opnieuw in de natuur zou kunnen aarden, daar waar ze nu uitgestorven zijn. Het kwam erop neer dat die beesten bang moesten worden gemaakt voor de mens. Als dat lukt is de volgende stap dat men dit op de mens zelf kan toepassen en alleen nog volgzame, hardwerkende mensen krijgt die heilig geloven dat hun leiders het goed met hen voor hebben. De lelijkheid van oude mensen wordt vaak vergoelijkt door te zeggen dat ze ‘het leven’ hebben leren kennen. Al leven we nu in een tijd waarin ik me afvraag wat dat leven dan eigenlijk betekent heeft. Doe mij maar een zak rijst van één kilo in plaats van vier van tweehonderdvijftig gram. Op een bepaald ogenblik wordt wetenschap zo abstract dat het voor mij een geloof wordt. Het heelal dijt langzaam uit. In die mate dat er meer en meer plaats komt tussen de planeten (en dies meer) in voor een god. Let wel: dat is nog niet wetenschappelijk bewezen.




Geen opmerkingen: