25.5.21

Tot ziens was ruimschoots


 

 

 

Het was op een keer dat de grote touwtrekster zich uit een wolk naar beneden liet zakken. Om sneller beneden te zijn liet zij daarvoor op het eind haar touw door haar handpalmen glijden. Pardoes viel zij voor mijn voeten. Ik hielp haar recht en zei:
“Goedendag.”
Ook zij zei:
“Goedendag.”
Dat was voorlopig ruimschoots en zij verklaarde:
“Tot ziens.”
“Tot ziens.” 

Geen opmerkingen: