3.1.15

De kans



Ik stond eens naar een circus te kijken dat zijn tent opstelde, toen de trapezist bij mij kwam staan.
“Wat een mooi leventje toch,” sprak ik als volbloed romanticus.
“Ja,” bevestigde hij, “welkom."
“Welkom?"
“We hebben een nieuwe leeuw die nog erg wild is. Als je hem temt dan word jij onze nieuwe dompteur."
“De nieuwe dompteur!"
“Ja, de ouwe nam gisteren ontslag om boekhouder te worden in de fabriek."
“O ja?"
Meteen trok ik mijn vestje uit, nam de zweep van hem over (waardoor ik hem eerst niet als trapezist had herkend) en stapte de leeuwenkooi in.
“Wat een kans,” dacht ik nog, “die moet ik grijpen."

Ik grijp namelijk niet altijd zomaar de kansen de men mij biedt, mocht u dat van mij denken. Ik leef in een klein wereldje.



Geen opmerkingen: