26.5.10

Voor hoop en een einde aan de eenzaamheid



Na mijn dood keer ik terug als een god. Reken daar maar op. Ik word de eerste Vlaamse god, een hoopgever van eigen bodem. Uiteraard begin ik klein. Klein maar heel overtuigend. Gewoon door mensen te strelen, eventjes of uitgebreid, zal ik hen al mijn hoop doorgeven en slorp ik al hun eenzaamheid zachtjes in mij op.
Mijn vrienden zullen mij vreemd aanstaren („Hé, ken ik hem niet ergens van?”), maar van zodra ik hen streel, over het hoofd op de rug, zullen zij die gedachten laten varen en weer hoop krijgen.
Op die manier zal mijn naam zich verspreiden en zullen steeds meer mensen naar mij komen om hoop en achterlating van hun eenzaamheid. Ik zal het op andere manieren moeten aanpakken. Ik ben geen octopus. Dan zal ik mijn goddelijke krachten moeten doorgeven aan volgelingen die ik vertrouw. Uiteindelijk zullen mijn naam en faam tot buiten onze grenzen gaan en bereik ik ook daar de mensen van wie ik heb gehouden toen ik nog leefde. Ook zij zullen dan naar mij toe komen. En misschien lukt het mij dan eindelijk om hen te geven wat ik vroeger niet kon: hoop en een definitief einde aan hun eenzaamheid.

Geen opmerkingen: