12.3.12

Lange neuzen

Ze hadden allebei een heel lange neus, en wij weten dat dit duidt op haast onbeheersbare lusten.
Het duurde even voor zij in gesprek raakten, maar dan barstte het in alle hevigheid los:
"Wat hebt u ook zo'n lange neus, hebt u daar al iets mee gedaan?"
"Neen, ik ben een fatsoenlijk mens."
"Ik eigenlijk ook niet."
Daarna zwegen ze, maar gluurden steels en met een zekere hunkerende droefheid naar elkaars neuzen.
Ik weet niet wat ik van mensen met zulke neuzen moet denken. Het is toch evident waarop dat duidt? Waarom het dan ontkennen? Iedereen met een lange neus steekt hem in andermans zaken. Verzet is zinloos en ongezond, toch?

Geen opmerkingen: