zondag 30 september 2007

De loftrompet



Een van de meest bespeelde instrumenten in onze contreien is de loftrompet. Dit instrument verspreidt een zoete klank waarmee vooral het basisgevoel van de eigenwaan wordt bespeeld. Het wordt gebruikt om een gevoel van samenhorigheid en betrouwbaarheid op te wekken en wordt geapprecieerd door vrijwel iedereen die het voorrecht geniet een concert bij te wonen.

Volgens buitenstaanders die niet vaak de kans krijgen om van het geluid van een loftrompet te genieten klinkt het instrument schril en eentonig, en vergt het totaal geen musicologische achtergrond. De fans echter, beschouwen deze specifieke sonoriteit nu net als een van de charmes. Er zijn ook kenners die beweren dat de loftrompet geen echt instrument is, wat volgens adepten alleen maar bewijst, hoe onwaarschijnlijk ook, dat zij het instrument nog nooit hebben gehoord.

De loftrompet is al zo oud als de mensheid zelf en al zijn de melodieën die erop gespeeld (of beter: gestoken) worden in de loop van de geschiedenis sterk geëvolueerd, op technisch vlak is er nauwelijks iets opzienbarends gebeurd in de ontwikkeling van het instrument. Wat bewijst dat het héél dicht bij de ware aard van de mens staat. Het is dus evident dat de loftrompet een bij uitstek sociaal instrument is.

De loftrompet wordt in vrijwel alle politieke, socio-economische, culturele, en educatieve middens gestoken. In politieke partijen en in vakbondsmiddens wordt hij bijvoorbeeld zowel in oppositie- als in regeringsensembles, vaak en met verve gestoken. Maar ook in kleinere bezettingen, kartelpartijen of kadervergaderingen bijvoorbeeld, treft mijn grote solisten aan. Dit laatste illustreert meteen het wezenskenmerk van het instrument, want niettegenstaande het feit dat het als ensemble-instrument een rol speelt in heel wat belangrijke concertaties, is het toch als solo-instrument dat het de meeste indruk maakt en dat spelers (zgn. stekers) er het meeste plezier aan beleven.

Het is een goed gedocumenteerd feit dat werkelijk iedereen haar kan steken, maar, zoals dat ook met andere instrumenten het geval is, is wat aanleg nooit weg en bovendien nodig om het er ver mee te brengen. Tal van carrières zijn gebaseerd op de kunde van het steken van de loftrompet. Niet te luid, niet te zacht, maar op het juiste moment. Timing, dat is het echte geheim van de loftrompet. Wie de steektechniek van de loftrompet goed beheerst kan de lengte en hoogte van zijn carrière zeer sterk laten uitbreiden. Dit geldt vooral voor solisten. Wie in een ensemble met resultaat de loftrompet wil steken laat dit beter door anderen, door galerijfiguren, doen en neemt zelf beter de dirigeerstok in de hand. Loftrompet steken in groepsverband klinkt maar al te vaak vals en buiten de maat.

Uiteraard is het verwerven van een overtuigende zeggingskracht op de loftrompet niet voor iedereen weggelegd, hoe gedemocratiseerd het instrument ook is. Voor zulke mensen is er gelukkig nog altijd de tweede viool. Maar daarover zullen wij het later nog wel hebben.

1 opmerking:

Anoniem zei

Ergens heb ik er ook eentje. Ik steek ze soms, wat bescheiden, als ik hier of elders langs kom. Ik heb er zelf niet zoveel aan. Maar voor een ander steek ik ze graag. Op mijn eigen manier natuurlijk. Ik wil wel nog ooit lessen nemen. Want persoonlijk vind ik dat een loftrompet steken niet iets is dat licht gedaan mag worden. Het heeft toch nog iets weg van een kunst. Ik denk dat ik, als ik wat oefen, misschien zelfs aan een nieuwe job zou kunnen geraken. Gegeven dat ik dan de loftrompet in eigen richting zou kunnen steken.
Daarom ben ik toch ook geïnteresseerd in het verhaal van de tweede viool. Op een of andere manier vrees ik dat dat meer mijn instrument is. Of eigenlijk ... neen dat is te pretentieus. Is er zoiets als de laatste viool.
De stille trom misschien...?