Dus u zag hoe kleine geüniformeerde dwergen,
kaboutertjes, de sprookjesfiguren doodschoten?
Ja, dat heb ik gezien.
U beschreef hoe zij hen op een exercitieterrein lieten marcheren?
Ja, dat heb ik allemaal gezien en beschreven.
U spreekt hier ergens zelfs over andere methoden van uitroeiing.
Ja, bitter weinig zijn er ontkomen.
Maar waarom zouden wij u geloven? U beseft toch dat dit waanzinnig is.
En toch heb ik het gezien.
Maak u geen zorgen, wij geloven u, maar één vraag nog? Hoe kon u hier al die tijd mee leven?
Het waren maar sprookjesfiguren, bedacht ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten