Er was eens een sprookjesschrijver die elke dag een prachtig en volmaakt sprookje schreef. Het vloeide uit zijn pen alsof God het hem op een gouden lepeltje aanreikte. Dag na dag, jaar in jaar uit. Tot op een dag, na het drieduizend achthonderd een en zeventigste sprookje, hij rustig de dop op zijn pen schroefde, voor het raam ging staan en begon te wenen. Zijn leven was één sprookje geweest.
1 opmerking:
Das toch schoon, hij zal er wel zijne boterham mee verdient hebben anders had die zo lang niet kunnen verder schrijven (zonder eten ga je dood) leven van sprookskes lijkt me schoon, ge zit wel in uw weenperiode heb ik de indruk hé ;-)
Een reactie posten