1.3.13

De magie



Na een tijdje word ik vaak toch herkend, en onvermijdelijk aangesproken. Ik sta dan ook bekend als de man die het geluk heeft aangeraakt. Niet omdat ik er het hardst voor heb gewerkt, of zelfs maar harder dan de gemiddelde sterveling, maar gewoon omdat ik de langste armen heb en ik daarom aangeduid werd om op de ladder te klimmen.
"Hoe voelde het?" Is een veelgestelde vraag.
"Gewoon."
"Is uw leven nu helemaal veranderd?"
"Neen, het was ook maar even. Maar het is wel een blijvende herinnering."
"Een herinnering? Niet meer?"
"Nee, ik had gewoon geluk met mijn lange armen, zo kon ik het even aanraken met mijn vingertoppen."
"U hebt het dus niet even goed beetgepakt?"
"Neen, dan was ik van de ladder gedonderd natuurlijk."
"U hebt het dus maar even rakelings aangeraakt!"
"Ja, dankzij mijn vrienden die de ladder vasthielden dan nog."
Wanneer ik het voorval op die manier uitleg is de magie er voor hen meestal af.


_____

Geen opmerkingen: