15.1.08

Jim Reeves



Als Jim Reeveskenner heb ik nog niet geschreven over mijn verblijf in de outback, vele jaren geleden, toen ik nog rusteloos was en dacht dat het geluk ver van huis gezocht moest worden. Het was een harde ervaring waarvan ik, achteraf beschouwd, eigenlijk veel minder heb geleerd dan ik lange tijd heb willen toegeven.

Het was in de buurt van Arnhemland dat ik autopech kreeg en tot overmaat van ramp, bij de overmoedige poging om het zelf te repareren, mijn linkerhand lelijk bezeerde. Ik kon de wonde ontsmetten en wilde te voet teruglopen naar een farm om hulp te krijgen toen er ineens een reuzenkonijn op de weg sprong:

"Jozef, collega Jim Reeveskenner," zoals hij zichzelf voorstelde.

Jozef zou mij niet opeten als ik beloofde mijn complete Jim Reevescollectie voor hem te kopiëren. Vooral Yonder comes a sucker mocht absoluut niet ontbreken. Daar hield hij zo ontzettend veel van. Hij lichtte toe hoe hij Jim ooit had ontmoet, in 1965, en in de ban was geraakt van diens fluwelen stem. En dat Jim hem, uit dank omdat hij ook hem geholpen had bij autopech, een hele stapel tapes had gestuurd met zijn wondermooie songs.

U begrijpt het, een verhaal dat kant nog wal raakte.

Jozef merkte dat ik hem niet geloofde en probeerde het dan maar met dreigementen,
"Zeg, als Jim Reeveskenner zou je toch wel wat meer empathie mogen hebben. Je beseft niet half hoe hard het is om hier te overleven zonder die muziek. Beloof mij je collectie te kopiëren of ik eet je NU op."

Ik keek hem smalend aan en liep zonder om te kijken, onderwijl I won't forget you neuriënd, de weg op in de richting van de farm die ik twintig kilometer eerder was voorbijgereden.

Zelfs al was hij echt een Jim Reeveskenner geweest, dan nog zou ik mijn collectie niet gekopieerd hebben, want hij was een leugenaar. Konijnen eten geen vlees. Daarbij, hij had mijn wonde niet één blik waardig gekeurd. Zoiets doet een Jim Reeveskenner niet.

De dochter van de farmer verzorgde mijn hand en ik vertelde van mijn ontmoeting.

"Jozef, de Jim Reeveskenner? Wat een geluk dat u hem niks beloofd hebt."
"Geen haar op mijn hoofd dat eraan dacht."
"Hij wordt alsmaar brutaler. Neen, dan heb je meer aan zijn broer, de predikant, die zou je op zijn rug naar hier hebben gebracht."
"Tja, had hij nu niet gelogen over het feit dat hij Jim Reeves ontmoet heeft in 1965 en als hij ook eens naar mijn wonde zou hebben gekeken, dan had ik het misschien nog overwogen."
"Daar zijn we dan mooi aan ontsnapt, hele nachten Distant Drums op zijn krakkemikkige installatie."

Dit is eigenlijk alles wat ik mij nog van de outback herinner. En ik heb natuurlijk een klein litteken.

Geen opmerkingen: