19.2.14

Overmorgen

„Overmorgen wordt er daar hard gelachen.”
„Morgen dan niet?”
„Neen, morgen is een heel ander verhaal.”
„En waarom lachen ze daar dan overmorgen?”
„Om morgen.”
„Om morgen?”
„Ja, want dan beseffen ze wat gisteren is gebeurd.”
„Eergisteren bedoel je?”
„Neen, vandaag.”
„Het is wel ingewikkeld.”
„Ja, maar gelukkig kunnen ze er om lachen.”
„Ja, overmorgen toch?”
„Ja, overmorgen."



_______________________________________

Geen opmerkingen: