13.2.14

Niks meer



„Weet je nog hoe akelig Webbe aan zijn eind is gekomen?”
„Webbe? Welke Webbe? Akelige Webbe of Webbe met de zak op zijn rug?”
„Webbe met de zak op zijn rug. Akelige Webbe heb ik amper gekend.”
"En hoe akelig is Webbe met de zak op zijn rug dan aan zijn eind gekomen?”
„Wel… dat kwam door die zak, dat weet je toch? Waarin hij al zijn gevoelens verstopte en die mochten er nooit uit. Altijd maar krampachtig nijpen om die zak dicht te houden…”
„Ja, die Webbe, nu heb ik het weer…”
„Hoe hij op een dag is gevonden naast de vaart, in de vrieskou bedolven en gestikt onder het gewicht van zijn zak, op twintig meter van de sluiswachter die niks heeft gemerkt. Morsdood.”
„Ja, dat was een akelige vondst. Kom zo aan je eind, onder je eigen zak…”
„En weten dat toen wij die zak open maakten alles daaruit gewoon in een zucht is vervlogen met de wind. Op een twee drie niks meer."



________________________________________

Geen opmerkingen: