Het was overdag. Maar zo’n overdag met een flets zonnetje dat niet de moeite waard is om eens naar te kijken.
Ineens werd ik de aanwezigheid gewaar van een vrouw. Of eigenlijk meer precies: van een wezen dat zich vrouwelijker wilde voordoen dan het was. Want het rook naar gratis reukwater.
Ik vroeg wat haar bedoelingen waren en zij zei dat zij mij wilde verleiden.
Maar waarom dan? Wij kenden elkaar niet.
Omdat het losse tijden zijn waarin wij leven en omdat behoeften moeten worden onderkend.
„OK dan maar ,” zei ik, „probeer het maar.”
Opeens aarzelde zij. Ik moedigde haar dan maar aan om haar charmes te gebruiken, haar echte, maar het stokte. Zij begon te blozen en gaf toe dat zij mij uiteindelijk toch maar niet wilde verleiden, dat dat bij nader inzien misschien niet gepast was. Voor ik haar kon zeggen dat ik een en ander natuurlijk wel vreemd vond maar dat ik haar helemaal niets kwalijk nam liep zij schichtig weg.
Zo voelde ik mij alweer enorm afgewezen niettegenstaande ik haar toch vriendelijk had bejegend dacht ik.
____________________
Geen opmerkingen:
Een reactie posten