zaterdag 21 februari 2009

Alma levert strijd



Aankomst te Krakow

Met een vliegtuig, dat feilloos elke luchtzak op het traject naar Krakow wist te vinden, kwamen wij iets na de middag toe in Krakow. Onderweg speelden wij, om niet op te vallen, galgje en deden wij luidruchtig alsof wij ruzie hadden over woorden als "tafelboener", "fietsremolieleverancier" en "buitenhuisterrasmeubelen". Volgens Alma wekte dat de indruk dat wij een ouder echtpaar waren, met geld en tijd genoeg om handen om "of all places" een citytrip te maken naar Krakow.

Wij hadden gereserveerd in Hotel Wentzl, aan de Grote Markt, onder de naam Amanda en Antoon van Geel, van Belgische nationaliteit. Samen met de sleutel van onze kamer kreeg ik een briefje toegestopt van een zekere Mr. Factor. Of wij de volgende ochtend om acht uur naar het Ministerie van Communicatie kwamen.

"Het Ministerie van Communicatie?"
"Ssshhht..." fluisterde Alma, terwijl zij de lobby rondspiedde, "Dat zal wel bij de voorzorgsmaatregelen horen."
"O!"

Nadat we elk onze koffer hadden uitgepakt, besloot Alma om een bad te nemen. Met mijn rug naar haar toe gekeerd, en zo weinig mogelijk in de spiegel kijkend, fatsoeneerde ik mijn haar en poetste mijn tanden. Daarna gingen we eten. Het was een stevige Oost-Europese maaltijd, waar Alma, die van buitenaardse afkomst is, toch stevig van genoot, zo had ik de indruk. Tussen de gangen door vertelde zij mij een en ander over Krakow. Voor een buitenaardse bleek zij er veel van af te weten.
"Krakow is ontstaan rond een natuurlijke heuvel, de Wawel, en kwam als stad tot ontwikkeling op een kruispunt van oude handelswegen: de Barnsteenroute van de Oostzee naar Rome, en de route van Byzantium naar Parijs. Op de Wawel werd een burcht gebouwd, waar gedurende vijf eeuwen de Poolse koningen resideerden. Een van hen was Casimir de Grote, die in 1364 de nu nog steeds bestaande universiteit stichtte. Op de Wawel staat naast de burcht ook nog de kathedraal. Onder aan de Wawel is er de drakengrot. De legende wil dat daar in de Middeleeuwen een draak woonde die elke dag gevoerd werd met schapen en varkens. Koning Krak beloofde dat hij die de draak zou verslaan, met zijn dochter mocht trouwen. Een schoenmaker nam de uitdaging aan. Hij slachtte een schaap, vulde het met zwavel en naaide het weer dicht. De draak at het schaap op, vloog in brand en sprong in de Wisla, dat is de Weichsel. Daar dronk hij zoveel dat hij open barstte. Uit blijdschap omdat zij van de draak verlost waren maakten de inwoners van Krakow een koperen beeld van de draak, dat zij bij de grot neerpootten als herinnering. In 1795 werd Krakow aangehecht bij Oostenrijk, maar in 1809, nadat het door Napoleon werd veroverd viel de stad het Hertogdom Warschau ten deel. Dit hertogdom werd na de val van Napoleon ontmanteld en op het Congres van Wenen aan Rusland en Pruisen toegekend. Over Krakow raakte men het echter niet eens en dus verklaarde men de stad en de omliggende gebieden tot vrije, onafhankelijke en strikt neutraal gebied. Deze Republiek Krakow werd in 1846 opnieuw door Oostenrijk geannexeerd. Na de Eerste Wereldoorlog werd de stad weer Pools. In 1912 en 1931 vonden in Krakow Universele Esperantocongressen plaats." vertelde Alma alsof zij hier dagelijks toeristen rond leidde.
"Daar kan ik alleen maar aan toevoegen dat tijdens de Tweede Wereldoorlog Krakow de hoofdstad van het Nazi-Duitse General-Gouvernement was en dat Hans Frank in de burcht op de Wawel woonde." zei ik, een heerlijk stuk Poolse worst op mijn vork spietsend.

Na de maaltijd voelde ik lust om de stad te gaan verkennen.
"Wees voorzichtig, Antoon," maande Alma mij aan zoals alleen bezorgde echtgenotes dat kunnen, "Laat je nergens bedotten en denk aan morgen. Zelf blijf ik liever in het hotel, ik wil nog wat met mijn interstellaire lichaamsritmen werken."
Ik begreep toen nog niet wat zij daar precies mee bedoelde.

Krakow is een prachtige stad en ons hotel, het Wentzl bevond zich in het hartje ervan, aan de Rynek Glówny of Grote Markt, direct aansluitend aan de Rynek Maly of Kleine Markt. De Grote Markt is volgens mij een van de grootste en mooiste marktpleinen van Europa. Het plein werd in de 13e eeuw ontworpen en meet ongeveer tweehonderd bij tweehonderd meter. Aan elke kant komen er drie straten op uit. Elk van die straten leidt naar de stadsmuur, waarvan elke tweede naar een stadspoort leidt. De meeste straten in het centrum zijn evenwijdig aan de straten die vanuit de markt vertrekken en zijn steeds op ongeveer dezelfde afstand van elkaar aangelegd, zodat de ruimtes tussen de straten vrijwel vierkant zijn, wat ik heel bijzonder vind. De weinige afwijkingen op dit patroon worden veroorzaakt doordat men enkele straten van vóór het ontwerpplan van de Grote Markt heeft ingepast. Waarschijnlijk woonden er daar in die tijd rijke en invloedrijke mensen. Aan de rand van het marktplein staat de Mariakerk, waarvan het hoogaltaar is gemaakt door de beeldhouwer Veit Stoss. Op het plein staan diverse gebouwen in verschillende stijlen: de Raadhuistoren, de Lakenhal en de Sint-Adalbertkerk. Eén van de mooiste barokkerken die ik heb gezien, en dat zijn er heel wat mag ik zeggen, is de Sint Annakerk in de nabijheid van het marktplein, naar een ontwerp van Tielman van Gameren, een van oorsprong Nederlandse architect.
In de buurt van de Sint Annakerk kocht ik een lokale versnapering, een obwarzanki, een soort broodje dat wel prima smaakte, maar spoedig op mijn maag bleef liggen, waardoor ik niet meer met volle aandacht van het cultureel patrimonium van Krakow kon genieten en besloot om maar terug naar het hotel te gaan.
Daar bleek Alma al diep in slaap te zijn. Ik volgde haar voorbeeld, omdat ik door dat broodje niet echt in de stemming was om aan haar interstellaire lichaamsritmen te denken.
Wordt vervolgd

3 opmerkingen:

sodade zei

Oké, nu klopt het verhaal.

Anoniem zei

Hoedt u zich voor de trompettist en zijn hejnal. Hij heeft schijnbaar moeiteloos al duizenden levens geleefd. Geen zuiver spel, van dit sujet.

't vliegend eiland zei

voor anoniem:
Duizend levens en zo slecht trompet spelen? Ik zal mij hoeden.