maandag 31 mei 2010
Over de illusionist en zijn publiek
Indien het publiek werkelijk zou begrijpen wat er zich op en achter het toneel afspeelt wanneer de illusionist* met veel vertoon en verbale afleiding de bevallige toevallig uit het publiek gekozen assistente in twee stukken zaagt terwijl het orkest alsmaar luider het gekerm van het onschuldige - maar was is onschuldig? - meisje dat stilaan beseft hoe de truc afloopt overstemt met aloude en alom bekende circusmelodieën dàn zou héél misschien wel een enkeling, een dappere, opstaan en roepen:
„Hou op, dit overleeft zij niet!”
Maar zo loopt het natuurlijk niet, integendeel, de contorsies, de druppels bloed in het zagemeel, en tot slot de laatste reutel van dat ten dode opgeschreven meisje dragen allemaal bij tot de illusie waarin het publiek geloven wil en moet. De illusie van de goede afloop.
Ja hoor, de ware illusionist komt met heel wat weg.
* die angstig veel op een olifant lijkt, of op een ander dier dat u dan maar zelf verkiest
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
3 opmerkingen:
Waar haalt ge dat woord vandaan, Blogbaas, 'contorties' ?
- ik heb het moet googlen !
voor jevski:
Bedankt om mijn aandacht er op te trekken! Er stond namelijk een fout in. Het woord zelf staat gewoon in de VanDale (althans in mijn exemplaar dat dateert van tweede helft jaren 80)
Den illusie van den goeden afloop.
Ik herinner mij een koperen plakkaat met deze woorden in het toilet van mijn grootouders.
Een reactie posten