30.6.06

Absolute leeftijd

Maar hoe ouder je wordt, hoe kleiner alles begint te lijken. Jij krimpt, de stad krimpt, iedereen gaat in de was. Terwijl ik in mijn ogen nog altijd zeventien ben, twintig op z'n hoogst. En zeker niet de rare dertiger die ik intussen schijn te zijn.

(Uit Bea van Kamiel Vanhole, p.91)

Bij het lezen van die woorden ben ik iets gaan beseffen over mezelf. Ik voel mij ook al jarenlang jonger dan mijn biologische leeftijd. Het gevoel dat een mens ook een absolute leeftijd heeft naast zijn exact aantal jaren. Lang lag die leeftijd voor mij zo tussen de vierentwintig en de dertig, maar de laatste jaren, zonder dat ik er erg in had, lijkt alles te zijn opgeschoven, meer rond de vijfendertig à veertig jaar. Is dat volwassen worden? Komt dat doordat ervaringen en tegenslagen uiteindelijk toch hun sporen nalaten, terwijl ik het op het moment zelf niet kan of wil toegeven? Of niet eens besef?

Als het bovenstaande klopt, dan doe ik er misschien goed aan om eens per jaar ook mijn absolute leeftijd te vieren. Al is vieren als woord misschien te uitbundig voor een dag van melancholische introspectie. Want dat zou het voor mij betekenen. Zoiets hoort volgens mij niet samen te vallen met mijn biologische verjaardag.

Overigens is Bea toch weer een prachtig boek na Een demon in Brussel, De beet van de schildpad en Overstekend Wild. Wat ik zo apprecieer bij Kamiel Vanhole is het gevoel van zorg voor taal, en op die manier respect voor lezers, dat van de woorden en zinnen lijkt af te stralen.

Blogbaas

Geen opmerkingen: