
Ik droomde dat ik mij samen met mijn vrouw (van wie ik zielsveel hou, dat spreekt vanzelf, maar ik zeg het toch maar) in een ons onbekende, maar niettemin zeer somptueuze kamer bevond. Ineens besefte ik dat de dame met wie ik blijkbaar enorm goed overeen kwam echter niet mijn vrouw was, maar iemand anders, iemand mij totaal onbekend, en dat net nà dat ik mijn rechterhand zo had geschoven dat die zich ergens bevond waar ik in wakkere omstandigheden normaal mijn handen thuis hou. Nu goed, het was maar een droom en zeker niet onaangenaam want ook haar handen kenden geen schroom.
“Een condoom, nu!” riep Amanda, want zo heette zij (in een droom komen namen gewoon vanzelf).
“Ik gebruik nooit condooms,” antwoordde ik, “toch niet in dromen die met mijn vrouw beginnen!”
“Geen probleem, ik heb er hier een!” Het was haar grootvader die in deze droom blijkbaar de rol van acute probleemoplosser speelde.
“Dank je wel,” schreeuwde ik boven een van de
Kindertotenlieder van Mahler uit, die uit de intercom schalden, uit beleefdheid, maar ik geef eerlijk toe dat ik liever had gehad dat hij er geen bij had gehad. Maar u kent het waarschijnlijk ook wel: een droom beheers je niet helemaal.
Er liep evenwel iets mis, ik ben hondstrouw aan mijn vrouw en wij gebruiken onder ons geen condooms, zodat ik geen ervaring heb met die dingen. Het rook nogal fruitig en toen ik het iets dichter bij mijn neus bracht om de geur te herkennen, liet ik het vallen, zodat het helemaal in de diepte naast ons bed verdween, want dat bleek ineens op kilometershoge poten te staan. Ja, zo kan dat natuurlijk gaan in een droom. Ik stel mij daar geen vragen meer bij.
Onvervaard dook ik het achterna, want ik wilde Amanda en mezelf niet teleurstellen. Deze onverschrokkenheid bracht mij echter dieper en dieper in mijn eigenlijke zelf. Hoe dieper ik kwam hoe meer ik aspecten van mezelf tegen kwam: leugenachtigheid, halfslachtigheid, besluiteloosheid, gemakzucht, perversie, steel- en behaagzucht, spilziekte, enzovoort. Mijn goede kanten kwamen in deze droom met Amanda blijkbaar niet aan bod. Mijn lust om weer naar boven te klauteren, naar haar toe, nam met elke confrontatie met mezelf af. Ik dacht dat ik beter eerst op zoek kon gaan naar mijn goede eigenschappen om haar daarna meer
allround te bespringen.
Dus, wanneer u dit nu leest bevind ik mij nog altijd in mijn droomwereld, op zoek naar mijn volledige zelf. Ik begrijp dat dit voor diegenen die wat praktische dingen met mij te regelen hebben niet leuk is om te vernemen, maar zelf heb ik er vrede mee. Uiteraard, anders was dit een nachtmerrie.