2.7.06

Commissaris Börner: De Brusselse moorden (slot)

Geen enkele carrière gaat over rozen. Ook die van de immer symphatieke commissaris Börner. Het feit echter dat hij zonder boe of ba, zonder ook maar het geringste woordje uitleg, formeel of informeel, van de zaak met de bomaanslagen was gehaald had hem diep gekrenkt. Zéér diep. Enkele dagen lang had hij zelfs gespeeld met de idee om onstlag te nemen uit het korps. Uiteindelijk besloot hij om dat vooralsnog niet te doen, toch niet zonder geloofwaardig alternatief, maar van de weeromstuit, wat aantoont dat het nog dieper zat dan zopas beschreven, werd hij depressief. Een lichte depressie weliswaar, maar toch zwaar genoeg om door een geneesheer geconstateerd te kunnen worden. Zodoende genoot hij van een maand of drie vrijstelling van werk en richtte hij zich met volle teugen op een van zijn hobby's: het bouwen van diorama's voor miniatuurtreintjes. Toen hem dat grondig de keel uithing (het reconstrueren van het hoogst gelegen bergstation in Europa was toch moeilijker dan hij had gedacht), nam hij de hem nog resterende vakantiedagen op (vierenzestig welgeteld), en maakte een wereldreis.

Volledig opgemonterd en scherper dan ooit belde hij zijn chef, Jacobus Borst met een mededeling die niks aan de verbeelding overliet:

"Chef, zorg dat mijn bureau er netjes uitziet, volgende week ga ik weer aan de slag!"

Het nieuws verspreidde zich als een groeps-SMS bericht (wat ook de meest gebruikte methode was) doorheen het commissariaat en zijn succursalen.

Geen opmerkingen: