22.1.17

De verbogen man

Hij zag er niet uit. Alles aan hem was verbogen. In die mate zelfs dat alles wat normaal al van nature verbogen is aan een man nu recht was. Van angst verborgen mijn kinderen zich onder de keukentafel.

De ogen van de verbogen man blikten simultaan alle richtingen op: naar boven naar de lamp, maar ook opzij in de koelkast, de fruitschaal op het aanrecht, naar buiten in de nacht maar vooral, zo leek het toch, naar mijn vrouw. En dat laatste baarde mij zorgen. .

Hij sprak geen woord. En ook wij zwegen als vermoorde ongelovigen. Of als mensen met een onuitgesproken spreekverbod.

Met een grijns, het leek haast een gimlach, op zijn smoel nam hij de omgeving in zich op. En hoewel deze laatste zich op alle mogelijke manieren hem eigen daartegen verzette waren dit ijdele inspanningen. Opgenomen werd hij, met alles eropenderaan.

Maar het was duidelijk een verbogen man die met omgevingsopname alleen geen genoegen nam, dat was duidelijk, hij wilde meer!

En er was méér. O.a. mijn beeldschone vrouw. Nu had zij zich heldhaftig kunnen verzetten, of door zelfdoding haar lot kunnen veranderen, maar zo liep het niet. Integendeel, haar woorden, maar alles was nu verbogen of sterk onder invloed van het verbogene, klonken eerder als: “Je kunt beter vertrekken, dat is beter voor ons allemaal”. En als bij toverslag stond er een reiskoffertje op de gang. Mijn lievelingsreiskoffertje bovendien.

Om geen onnodige slachtoffers te maken, ik sta niet altijd in voor de gevolgen van mijn daden, besloot ik haar woorden te interpreteren zoals ik ze begreep en er naar te handelen. Ik greep mijn koffertje en maakte dat ik buiten kwam. .

Van zodra ik buiten stond veranderde meteen weer alle pespectief. Ik was duidelijk in de greep van het verbogene! Mijn huis leek meteen geen thuis meer, maar het huis van gelukkige vreemden. Niet begrijpende wat mij eigenlijk overkwam of of ik het jaren eerder had moeten zien aankomen nam ik de bus naar het havenkwartier waar ik nu woon.

Geen opmerkingen: