Het lijkt aanlokkelijk, maar uiteindelijk denk ik niet dat ik aard op een woonboot. Met mensen die mij vertellen dat ze de ene helft van het jaar in het zuiden van Frankrijk (of gelijkaardige streken) verblijven en de andere helft hier heb ik het altijd wat moeilijk. Zij verbergen iets, denk ik dan, volkomen zonder reden waarschijnlijk. Maar ik denk het toch maar. Wat is er, per slot van rekening, zo verschillend aan de mensen daar en de mensen hier? Als ik op kleine kinderen pas, dan behandel ik hen als volwassenen. Dat vinden zij het leukst. Als ik een strootje mag trekken, dan maakt het mij niet uit welke kleur dat strootje heeft. Ook bij mensen met een overdreven liefde voor bomen houd ik mij op de vlakte, al ben ik geen boom van een kerel. Als ik echt moet kiezen tussen een lang verblijf in een ziekenhuis (mét de kans dat ik het niet overleef) en een lang verblijf in de gevangenis (met de zekerheid dat ik vrij kom) dan hangt mijn keuze af van de afdeling waar ik terecht kom. Ik doe bijzonder weinig om gezond te blijven, en ik ben zeker geen lid van verenigingen of clubs die ee gezond leven als doel hebben. Ik heb nog nooit taartjes gebakken die naar vis smaken, maar ik heb er al wel gegeten die zo smaken. Zoals de dingen nu lopen denk ik dat ik zal sterven zonder alles af, of goed te kunnen maken waar ik bij betrokken ben of was. Ik hoop dat mijn leven zin heeft gehad. Mij lijkt soms van niet. Ik denk dat veel mensen zich deze vragen niet stellen. En als ze zich die vraag stellen, dan denk ik dat het antwoord dikwijls niet helemaal eerlijk is.