Al werd mevrouw Nosková honderdvijftig, dan nog zou ze die allerzwartste vrijdag van eind februari 1946 nooit vergeten. Er overkwam haar iets waarover je beter niet hardop kunt praten, en het overkwam haar zonder dat er vooraf alarmbellen waren gaan rinkelen.
Je gaat je eigen weg, je kent hier elke mijlpaal, elke bocht, je tred is vast en je hoofd helder en opeens - potjandosie nog aan toe - weet je niet waar je bent, je bent verdwaald, je liep over je vertrouwde weg - nou, ammehoela! Nee, nee, zoiets is mevrouw Nosková nog nooit overkomen! Ze kan immers iedereen binnen vijf minuten compleet doorzien. Niemand heeft haar er ooit op betrapt dat ze ernaast zat. En nu opeens zo'n kapitale blunder!
Ze had die uitgemergelde, onbeschofte nietsnut in huis genomen. Ze had hem in huis genomen op voorspraak van Zajíček van het consulaat en omdat ze nog nooit iemand hulp had geweigerd. Maar hij had zich hier nog niet genesteld of ze wist dat ze zich om de tuin had laten leiden. Dit was geen intelligent, als hij zijn mond opendeed, kon je geen touw vastknopen aan wat eruit kwam. En hij was niet berooid, hij had best geld, maar geen waardering voor haar, op iets van dankbaarheid van hem kon je lang wachten, hij was zeker geen dokter, want hij weigerde te geloven wat elk kind in haar geboortedorp wist, namelijk dat het beste middeltje tegen wonden verse koeienpis is. Een bedrieger was het, een klaploper en vermoedelijk een jatmoos.
- 'Vreemdeling zoekt kamer' is als titel even summier als raadselachtig. Kan je een betere titel verzinnen?
- Past de omslagillustratie bij het thema van het boek? Waarom wel? Waarom niet?
- Waarom zou de schrijver dit boek hebben geschreven?
- Heeft hij nog meer boeken geschreven die je gelezen hebt? (Als je ze niet gelezen hebt telt het niet)
- Wanneer werd het boek geschreven? Hoofdzakelijk 's nachts of hoofdzakelijk overdag? En in welke jaren?
- Waarom zou je dit boek lezen als je de auteur niet kent?
- Vertel eens in je eigen woorden waar het boek over gaat.
- Vertel welke vijf personen in het verhaal jij leuk vind. Wat maakt hen bijzonder?
- Vertel of je het verhaal zelf zou willen meemaken? Waarom?
- Schrijf eens met vulpen een stuk over uit het boek. Ik stel voor vanaf blz. 89 tot 224 en ga na welke gevoelens dit bij jou teweeg brengt.
- Had je het boek graag in zijn oorspronkelijke taal willen lezen? Wanneer zou je dat dan gedaan hebben?
- Zijn er passages in het boek die je niet begrijpt? (Licht toe!)!
2 opmerkingen:
Ik heb de passage overgeschreven. Wat een ervaring! Mag ik ze ook in het Frans vertalen?
Het lijkt me nuttiger indien u het terug naar de brontaal vertaalt!
Een reactie posten