Na enige omzwervingen van onder tot boven en van zuid naar zee, met tal van avonturen op het vlak, kreeg de mensheid opnieuw een vermoeden van waar zij zich bevond.
“Zeg, waar zijn we nu eigenlijk?”
“Hoogstwaarschijnlijk in het Keelgat van God.”
“Lieve Hemel, wat nu?”
“Tja… als we de logische weg volgen, dat is een lang en onfris pad, dan is er maar één uitweg.”
“Wat doen we?”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten