Alleen het onwaarschijnlijk toeval wist er voor te zorgen dat de man met de soldateske gedachten en de vrouw - een meisje nog - met wanhopige neigingen elkaar ontmoetten achter het stadhuis. Zij hadden daar allebei afspraak met een totaal ander iemand, maar geen van die twee kwam uiteindelijk naar de plaats van afspraak, waardoor de man met de soldateske gedachten en de vrouw (ik herhaal: een meisje nog, en dus heel impressionabel) met wanhopige neigingen wel genoopt waren elkaar aan te spreken.
"Ben jij?"
"Ja, jij toch ook?"
"Ja."
Het was ondertussen hard gaan regenen en omdat zij weinig geld op zak hadden en zij via het internet al heel wat over elkaar meenden te weten sloegen zij enkele fazen over en ging hij met haar mee naar huis.
"Ik meende dat jij van seringen hield, maar hier staan alleen maar vetplanten!"
"Maar ik en toch allergisch!?"
"…"
"Als je roken wil kan dat op het balkon."
"Ik heb nooit gerookt!"
"O!?"
Gesprekken die tot enorme misverstanden en teleurstelling hadden kunnen leiden over zich anders voordoen vielen evenwel allemaal mee want zij waren nog jong en goed in het zien wat zij wilden zien.
Hij bekoorde en verleidde haar met zijn soldateske gedachten die op een of andere manier richting gaven aan haar wanhopige neigingen. Heel lang leefden zij samen een leven gekenmerkt door discipline, dril en wegcijfering.
Het had allemaal zo anders kunnen lopen, maar dat liep het niet.
_____