De verslagen van Toergenjew
De verslagen van kolonel Toergenjew waren veelomvattend, heel gestructureerd en in feite nietszeggend, omdat er helemaal geen lijn in zat. Sinds enkele maanden waren er - met als enige overeenkomst dat het telkens bleek te zijn gebeurd in de buurt van een Carrefourfiliaal - mensen spoorloos verdwenen. Voor de rest waren er meer verschillen dan overeenkomsten. Van ras, van religie, beroep, sociale klasse, nationaliteit, gezinssituatie... Tenzij het feit dat het er op leek dat geen van allen het echt leek te hebben gemaakt in het leven. Maar dat laatste was een inzicht waar je als speurder weinig verder mee kwam, merkte Alma op, vooral omdat alles er op wees dat het dagelijks leven van de ontvoerden sterk was ingebed in de orde van hun sociale rang of stand. Het betrof steevast brave, buigzame en meegaande burgers. Drie vrouwen en drie mannen. De laatste verdwijning dateerde van een dag eerder en het ging om een jongen. Het spoor was misschien nog warm en het was daarom dat Kolonel Toergenjew Alma alle hulp had toegezegd, zonder het aval van zijn oversten af te wachten.
De eerste ontvoering betrof een dertigjarige koster van de kerk van Chelm, Witold Olszowski. Een wat stugge figuur van wie werd opgemerkt dat hij, behalve zich uitstekend te kwijten van zijn kerkelijke taken, uren lang, om niet te zeggen tot wanhoop van de devote kerkgemeenschap, probeerde de Goldbergvariaties te spelen op het kerkorgel, zonder dat het resultaat bevredigend werd bevonden. Hij was het laatst gezien op het parkeerterrein van de Carrefour van Chelm in gezelschap van een dame, die door de getuige als "goed gekleed" werd omschreven. Sindsdien had niemand hem teruggezien en de "goed geklede" dame had ook niet van zich laten horen na de oproepen die op radio en televisie waren gedaan. Verder baarde deze eerste zaak niet zoveel onrust want Witold was dan weliswaar koster en kerks, zijn leeftijd sloot een plotse amoureuze beslissing helemaal niet uit en met de noorderzon verdwijnen is per slot van rekening geen misdaad, merkte Alma spits op. Het was alleen vreemd dat Witold Olszowski zo maar, zonder bagage of kleding zijn woning had verlaten en was meegegaan met die goedgeklede dame. Over deze vreemde beslissing kon echter geen navraag gedaan worden aangezien Witold al 20 jaar wees was en niemand in de Chelmse kerkgemeenschap hem blijkbaar goed genoeg had gekend om over zijn dagelijkse gewoonten uit te kunnen weiden.
Het tweede dossier betrof een tandartsassistente uit Molenbeek. Een onopvallende vrouw die zich meestal op de achtergrond hield en van wie haar werkgever eigenlijk niet wist of zij getrouwd was of een vriend had, maar op wiens werklust en stiptheid hij geen enkele negatieve opmerking kon maken. Op de keukentafel in haar flat had de politie aankoopbonnen gevonden voor het TASCHEN "The Big Penis Book" en een stevig geannoteerde brochure over de bouw van de Sagrada Familia.
Het derde en vierde dossier, twee Spaanse trapezeartiesten (een man en een vrouw), waren eveneens spoorloos verdwenen, met achterlating van hun niet leeggemaakte winkelkarretje op de parking van de parking van de Carrefour in Tarragona. Ook hier stelde niemand zich vragen, want het was toch maar "circusvolk".
Het vijfde dossier ging over een tweeënveertigjarige verhuurder van logementen in de stationsbuurt van Lyon. Hij had aan een van zijn huurders verteld dat hij via een advertentie onlangs kennis had gemaakt met een keurige vrouw uit Grenoble en dat hij eerdaags kennis met haar zou maken. Aan het onthaal van de Carrefour! Sindsdien had hij hem niet meer gezien en of hij nog huur hoefde te betalen nu de huisbaas blijkbaar verdwenen was? Toch niet dood?
Even merkte Alma op of dat het verband niet kon zijn: de "goed geklede" vrouw en de vrouw in Grenoble?
"Is dat niet wat te vèr gezocht?" twijfelde ik, "ook geografisch? Chelm en Grenoble?"
"Hmmmm..." was het enige antwoord van Alma, terwijl zij keek alsof een engel haar iets influisterde..
"Ik zie geen enkel zinnig verband. En wat heeft Carrefour ermee te maken?" zuchtte ik vertwijfeld.
"Ja Jan," besloot Alma, "geen wonder dat men een beroep op mij doet."
Het zesde geval was anders, hier betrof het een zeventienjarig meisje in volle examenperiode, dat uit het huis van haar ouders, de goed aangeschreven familie Batman, naast de Carrefour van Istanboel was verdwenen. Haar vader en moeder, samen met haar zus hadden haar alleen gelaten om haar in stilte te laten studeren (zij vonden van zichzelf dat zij erg luide stemmen hadden) en waren een bezoek gaan brengen aan een nieuwgebouwde moskee. Toen zij thuiskwamen merkten zij dat de achterdeur open stond en dat hun dochter Nilufar was verdwenen. Een nieuwsgierige buurvrouw had haar zien weggaan, arm in arm met een "mondain" geklede vrouw. Dat was voor de ouders van de vrome Nilufar verontrustend genoeg om onmiddellijk de politie in te schakelen.
"Carrefour, "keurig", "mondain", "goed gekleed". Dat zijn de overeenkomsten," vatte kolonel Toergenjew de dossiers bondig samen, nadat hij er zich was van komen vergewissen of ons bureau wel naar onze zin was.
"Kan u ons deze dossiers digitaliseren en ons informaticamateriaal bezorgen waarmee wij mobiel het onderzoek kunnen voeren?" vroeg Alma op een toon die van haar vraag geen vraag maar een bevel maakte.
"Uiteraard mevrouw Zichtopzee, u krijgt alle middelen ter beschikking die u nodig acht."
"Goed, zorg dan ook voor een beveiligde Aston Martin, diplomatieke paspoorten die ons kosteloos over landsgrenzen kunnen brengen, en neem het onderzoek uit handen van uw eigen mensen."
"Denkt u dat wij zo voorzichtig moeten zijn?"
"Voorzichtigheid en omzichtigheid zijn de twee ingrediënten van elk geheim onderzoek! Dank u wel Kolonel, laat u ons nu even alleen? Meneer Van Heel en ik hebben nog heel wat plannen te maken."
Ik begreep niet wat Alma in haar schild voerde, maar zag met plezier Kolonel Toergenjew afdruipen.
Wordt vervolgd