31.7.11

De vlag



"Ik leerde vandaag een vrouw kennen die denkt dat zij een vlag is."
"Jeetje, wat èrg!"
"Zij weet anders wèl van wapperen hoor, nooit eerder meegemaakt, tegen de wind in!"
"En, is er iets gebeurd?"
"Neen, ik heb haar vastgebonden aan een boom. Er komt storm, zie je. Ik zie haar vanavond terug. "
"Zij vertrouwt je dus."
"Ja, zij weet ook precies van waar de wind komt."

30.7.11

Over zichtbaar en onzichtbaar



Er waren er daar die het zich beklaagden dat hun vrouw langzaamaan onzichtbaar was geworden, omdat zij zich al snel geen beeld meer konden vormen van wat zij liefdevol aan mochten raken. Uiteraard is dat een gemis dat wij ons niet kunnen voorstellen.
Erger evenwel leek ons het lot van hen wiens vrouw altijd zichtbaar is gebleven, maar zich niet meer aanraken liet omdat er vanbinnen niets meer was. Want zulks laat zich in onze ogen makkelijker verklaren.

Parafernalia



Niettegenstaande zij claimden een nieuwe liturgie te hebben ontwikkeld, bleken zij toch gebruik te maken van voorwerpen die deden terugdenken aan de aloude parafernalia.

29.7.11

Wij werken aan onze woordenschat



Er waren tijden waarin wij dof en gelaten samen zaten, ons amper afvragend wat het in onze kringen weinig gebruikte woord luguber wel betekenen mocht. Maar de tijden zijn veranderd: wij werken nu dagelijks aan onze woordenschat en voeren uiterst spannende gesprekken!

26.7.11

Lente



De man kwam op een dag thuis met een wel heel onthutsend bericht.
"Vrouw, wij leven in schande."
Voor zijn vrouw, weliswaar een schrander meisje van eenvoudige komaf, was niet helemaal duidelijk hoe of waarom zij in schande leefden, maar zij legde zich neer bij de feiten.
Na enkele weken nam de man opnieuw het woord.
"Vrouw, de schande wordt ondraaglijk. Er zit niets anders op dan te scheiden."
En zo gebeurde.
De man verliet zijn echtelijke woning voorgoed en zijn vrouw, in de veronderstelling dat er nu geen sprake meer was van schande bleef, omdat zij het vruchtgebruik had verkregen.
Kort daarop werd het lente en rezen er andere zorgen.

25.7.11

Klassieke types



"Hoe zou je hen nu eigenlijk beschrijven?"
"Hij lijkt mij wel 4'33" maar zij is duidelijk de Bolero!"
"Hoe dan ook klassieke types dus"

Tussen mij en...



"Wat raar dat je dat zegt, maar ja, op een gegeven moment ging het inderdaad verkeerd tussen mij en je vader... al is dat toch min of meer goed gekomen."

24.7.11

Nooit gebeurd!



"Kunnen we niet doen of dit allemaal nooit is gebeurd."
"Doe jij dat maar, maar ik niet."

Het non-event



Bij het zetten van een kopje oploskoffie dacht hij onwillekeurig aan het non-event van twee dagen eerder.

23.7.11

Niet streng



"Weet je, ooit komt er een god die ons blind egoïsme zal bestraffen."
"Ja, maar lang niet streng genoeg."

22.7.11

20.7.11

Pertinella



Ooit zocht Pertinella God, maar toen bleek dat Hij in feite een grote hond is die zijn uitverkorenen de kans geeft om zich, via zijn bilspleet, in zijn vacht (gemeenzaam de Hemel geheten) te nestelen, vroeg zij zich evenwel onthutst af of dàt wel was wat zij er uiteindelijk van had verwacht. Zeker toen zij ook vaststelde dat Hij bij tijd en wijle alle aandacht verliest om zijn ballen te likken en dat tijdens die activiteit al wie zich in de Hemel bevindt zich krampachtig moet vasthouden om er niet uitgeflikkerd te worden, alleen God weet waarheen.
Op het allerlaatste moment, God's achterste was al vervaarlijk dichtbij, bedacht Pertinella zich dan maar, in de vaste overtuiging dat er ook andere zekerheden in het leven moeten zijn.


Met bijzondere dank aan Ferdinance.Crane voor het mogen gebruiken van de illustratie.

14.7.11

Ravijn



Soms, wanneer ik het werkelijk niet meer weet bel ik de telefoniste, zij heeft een antwoord op al mijn vragen.

"God is een onpeilbaar diep ravijn."
"Is dat alles?"
"Ja, je kan beter het ravijn zijn dan zij die er in vallen."

13.7.11

Doorbomen



"Ach, wat is een leven zonder liefde?"
"Wel Ingrid, nu je daar zelf over begint wil ik er wel eens over doorbomen."

12.7.11

Tijdens een "time warp"



Wij zaten blijkbaar in een tijd/ruimte kromming.
Zelfs met oordopjes diep in onze oren gepropt viel er niet aan te ontkomen, als wij dat hadden gewild tenminste. Het was de ene magische song na de andere.
"The Long And Winding Road!" schreeuwde mijn vrouw veelbetekenend.
"Eight Days A Week," herkende ik meteen.
"While My Guitar Gently Weeps?"
"Ja," bevestigde ik, terwijl Revolution Nr. 9 al werd ingezet.
"Richard Cory?" herkende mijn vrouw aarzelend.
"Een cover. Moet kunnen," stelde ik als iemand met kennis van zaken.
We kregen er maar niet genoeg van. Het was uniek. The Beatles in volle repetitie in de flat boven ons.

In een tijd/ruimte kromming.

Dat is de enig mogelijke verklaring.

11.7.11

Niet bedrogen



Omdat J. het onmogelijke beleven wilde verkocht hij zijn ziel aan de assistenten van de Duivel. 's Anderendaags al, toen hij door de zeep werd aangevallen, wist hij dat hij niet bedrogen was.

9.7.11

Vader en Zoon (of het antwoord waarom in de Kerk niet de vrouwen, maar de mannen het voor het zeggen hebben)



"... en daarna zoude Gij er eens voor kunnen zorgen dat de hemel af en toe blauw is," sprak de Zoon tot de Vader, die dit welwillend aanhoorde.
"Goed, als Gij dan op uw beurt een broek aantrekt in plaats van een rok."

Een aforisme van oom Floris



Alles is normaal! Vooral na verloop van tijd.

Bestuur



Wanneer de fluwelen handschoen irriteert, dan werkt de ijzeren arm der wet rusteloos aan zijn stalen decreten.

Onverkwikkelijk?



Zij wilden mij alleen te woord staan als ik aanvaardde dat de kettingen waarmee zij aan elkaar vastgeklonken waren symbool stonden voor hun onverkwikkelijke lust naar liefde. Ik zag dat niet zo, maar veinsde.

6.7.11

Geheel andere en meer opwindende bezigheden



Om een of andere reden vond hij het onnodig haar te zeggen hoeveel hij van haar was gaan houden, hoewel dit misschien tot geheel andere en meer opwindende bezigheden had kunnen leiden.

Raadsel



Dat de jonge doctorandus als een van de enigen in ons land een hond zonder ruggengraat uit een opgedoekt wetenschappelijk experiment was geschonken deed hem enorm veel plezier, maar het bleef hem een raadsel wat je er mee kon aanvangen.

5.7.11

Niet doordacht



Het komt bij mijn weten niet voor dat speciaal gemachtigde ambtenaren de gelukkige mensen aanduiden, om als voorbeeld te dienen voor de anderen die nog streven. Ik heb daar echt geen weet van.

Zoiets is onmogelijk kan men zeggen. Misschien zelfs helemaal niet wenselijk. Het zou alweer spanningen opleveren. Zelfs tweespalt.

Laten we hier maar niet te veel over doorbomen. Het is trouwens ook niet doordacht. Gewoon weer iets waar ik geen weet van heb.

4.7.11

Tintelen



Lyppi kon altijd al goed tongzoenen en iedereen die er niet al te afzichtelijk uitzag en er een aanvaardbare mondhygiëne op nahield moest er onherroepelijk aan geloven. Dat creëerde bij het overrompelde mansvolk vaak verwachtingen die zij, zij was ook de lelijkste niet, niet altijd evenredig inloste. Degenen die om een of andere reden echter (vaak betrof het niet-rokers) een diepere indruk op haar maakten mochten wel (vaak verzocht zij daar zelfs uitdrukkelijk om, omdat niet iedereen op het gedacht komt) met hun tong tussen haar loszittende tanden gaan om ze door wat te duwen en te kronkelen te laten wiebelen. Dat vond Lyppi echt het totale einde. Het risico dat er al eens een kies loskwam nam zij er bij. Dat moeten inderdaad belevenissen geweest zijn!
Toen ook mij de eer te beurt viel haar te mogen tongzoenen evenwel, mocht ik nog kronkelen, duwen, wringen en wrikken wat ik maar wilde, er was geen tand of kies die ook maar een halve millimeter meegaf.
"Ja schat, ik heb er valse nu," verklaarde zij vlot, "maar wacht, ik neem ze uit. Dat is veel gladder en ik ga daar ook helemaal van tintelen."

2.7.11

Waarom de meeste vogels zo divers en zo mooi zingen!



Ooit kreeg ik van een lijster te horen hoe het komt dat de meeste vogels zo divers en zo mooi kunnen zingen. Het blijkt dat zij dat van een meisje hebben geleerd dat elke dag nieuwe wijsjes voor hen uithing, tot zij er precies dat hadden uitgehaald en geleerd dat het beste bij hen paste. Aan dit alles kwam echter een abrupt einde toen het meisje op een mooie morgen doodgeslagen werd door een jongen die eigenlijk zielsveel van haar hield maar dat niet op de juiste manier had leren uiten.

1.7.11

Op het gebied van zelfvertrouwen



Tijdens mijn reizen kwam ik ook in Brobdingnag (waar men trouwens al in geen tijden nog een mens had gezien), alwaar ik met geestdrift werd ontvangen en men mij met zichtbare trots kundig maakte van de indrukwekkende filosofische en bijhorende (want dat hoort daar samen) pedagogische inzichten die er in de loop der eeuwen werden vergaard. Ik durf hier gerust te stellen dat zij gigantisch op ons voor liggen. Zo is er de curieuze gewoonte dat men er de meisjes vanaf hun zesde levensjaar elke dag een stiertje geeft om op eender welke manier, geheel naar eigen inzicht en luim, te slachten. Dat zou hen sterken, later, in hun omgang met mannen. Vooral op het gebied van zelfvertrouwen dan.